Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 1

Hoofdstuk 55

De Heiligheid van de Sabbat

[ AUDIO ]

Wanneer de Sabbat begint, zullen we waakzaam zijn ten opzichte van onszelf, onze daden en onze woorden, opdat we God niet beroven door het voor ons eigen gebruik toeëigenen van de tijd, die uitsluitend de Here toebehoort. Wij, noch onze kinderen, moeten iets van het werk doen, dat bestemd is voor ons levensonderhoud, of dat gedaan had kunnen worden op één van de zes werkdagen.

Vrijdag is de dag der voorbereiding. De tijd kan dan gewijd worden om de nodige voorbereiding voor de Sabbat te maken en daarover te denken en te spreken. Alles wat betreffende het spreken en doen door de Hemel beschouwd wordt als een schending van de heilige Sabbat, moet op Sabbat nagelaten worden. God eist niet alleen dat we op de Sabbat lichamelijke arbeid nalaten, maar dat de geest gericht wordt om zich te be-palen bij heilige onderwerpen. Het vierde gebod wordt inderdaad overtreden door het spreken over wereldse aangelegenheden of door het voeren van oppervlakkige, beuzelachtige gesprekken. Wanneer we over alles en nog wat praten wat ons maar in de gedachte komt, dan spreken we onze eigen woorden. Elke afwijking van hetgeen recht is, brengt ons onder slavernij en veroordeling.

Broeder P., gij moet uzelf de plicht opleggen om de heiligheid van de Sabbat van het vierde gebod te onderscheiden, en uw best doen om de banier, die gij in uw gezin, en waar ook onder Gods volk, neergehaald hebt, opnieuw te verheffen. Gij moet de invloed, die gij in dit opzicht hebt uitgeoefend, te niet doen, door een verandering te brengen in uw spreken en doen. In het "Ge-denk de Sabbat, dat gij die heiligt," zijt gij herhaaldelijk te kort geschoten; daar hebt gij niet aan gedacht, en hebt op Gods geheiligde dag uw eigen woorden gesproken. Gij zijt niet op uw hoede geweest, en hebt met onheilige mensen gesproken over de dingen van de dag, zoals winsten en verliezen, voorraden, gewassen, en maatregelen. Zo gaat er een verkeerde invloed van u uit. Gij moet daarin verandering brengén.

Zij, die ten opzichte van de waarheid niet ten volle bekeerd zijn, laten hun gedachten gaan over wereldse dingen, en, hoewel zij van hun lichamelijke inspanning op de Sabbat uitrusten, vertelt hun tong wat in hun gedachten is; vandaar al die gesprekken over vee, gewassen, verliezen en winsten. Dat alles ressorteert onder het breken van de Sabbat. Wanneer het hart zich bepaalt bij wereldse aangelegenheden, maakt de tong dat openbaar; want uit de overvloed des harten spreekt de mond.

DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE PREDIKER

Vooral van predikers moet het voorbeeld in dit opzicht omzichtig zijn. Op de Sabbat moeten zij er nauwgezet voor zorgen dat hun gesprekken gaan over godsdienstige onderwerpen -- zoals de tegenwoordige waarheid, de plicht van het heden, de hoop en vrees van de 1871, Vol. 2, blz. 702--705 (Verantwoordelijkheid voor het licht)

Christen, beproevingen, conflicten, en moeilijkheden; de uiteindelijke overwinning en de te ontvangen beloning.

Dienstknechten van Jezus moeten als berispers staan tegenover hen, die het "Gedenk de Sabbat, dat gij die heiligt", verzuimen na te volgen. Zij moeten hen, die op Sabbat wereldse gesprekken voeren en zich toch voor Sabbatvierders uitgeven, op zachte doch ernstige manier terechtwijzen. Ze moeten er op aandringen, dat men zich God op Zijn heilige dag geheel wijdt.

WAAKZAAM ZIJN EN NIET SLAPEN

Niemand mag zo vrij zijn om geheiligde tijd te gebruiken op een onprofijtelijke manier. Het mishaagt God, wanneer Sabbatvierders zoveel van de Sabbat verslapen. Hierdoor doen zij hun Schepper oneer aan, en door hun voorbeeld zeggen ze, dat de zes dagen voor hen te kostbaar zijn om daarin rust te nemen. Ze moeten geld verdienen, al onthouden ze zich daardoor de nodige slaap, hetgeen ze wel weer inhalen door op geheiligde tijd te slapen. Ze verontschuldigen zich dan door te zeggen: "De Sabbat werd gegeven als een rustdag. Ik zal mij die rust niet laten ontnemen door naar een kerkdienst te gaan, want ik heb rust nodig." Dezulken maken een verkeerd gebruik van de geheiligde dag. Zij moeten, vooral op die dag, hun gezinnen voorgaan in de viering daarvan en opgaan naar het huis des gebeds, met de weinigen of met de velen, al naar gelang dit is. Zij moeten hun tijd en energie wijden aan geestelijke oefening, opdat de goddelijke invloed, die op de Sabbat rust, hen gedurende de week zal bijblijven. Van al de dagen der week is geen een zo gunstig voor gewijde gedachten en gevoelens als de Sabbatdag.

Mij werd getoond dat de gehele hemel op de Sabbat toezag en waakte over hen, die de eisen van het vierde gebod erkennen en de Sabbat vieren. Engelen toonden hun belangstelling en hoog respect voor deze goddelijke inzetting. Zij, die de Here God in hun harten heiligden door een alleszins gewijde geestestoestand, en die probeerden de heilige uren te vervolmaken door de Sabbat naar hun beste kunnen te vieren en God te eren door de Sabbat een verlustiging te noemen -- dezulken werden door de engelen bijzonder gezegend met licht en gezondheid, en bijzondere kracht werd hun verleend. Maar anderzijds keerden de engelen zich af van hen, die de heiligheid van Gods geheiligde dag niet waardeerden, en ontnamen dezulken hun licht en hun kracht. Ik zag dat ze, moedeloos en bedroefd, door een wolk overschaduwd waren. Zij voelden een gebrek aan Gods Geest.