Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 1

Hoofdstuk 86

Sensationele Opwekkingen

[ AUDIO ]

Er is in -- te veel een verdeelde belangstelling ontstaan. Wanneer een nieuwe opwekking zich voordoet, dan zijn er sommigen die met hun invloed aan de verkeerde kant gaan staan. Een ieder moet op zijn hoede zijn, wanneer misleidingen binnenstuipen met het doel van de waarheid af te leiden. Er zijn mensen, die altijd klaar staan om iets nieuws, iets vreemds aan te horen; en de vijand der zielen vindt in deze grote steden meer dan voldoende om de nieuwsgierigheid op te wekken en de geest af te houden van de grote heiligende waarheden voor dit laatste der dagen.

Wanneer elke ongestadige godsdienstige opwekking sommigen nalatig doet zijn om door hun tegenwoordigheid 1876, Vol. 4, b lz. 75--76 (Medearbeiders van Christus) en invloed de minderheid, die een onpopulaire waarheid gelooft, te steunen, zal er in plaats van kracht veel zwakheid in de gemeente zijn. Satan gebruikt tal van middelen om zijn doel te bereiken; en wanneer onder hef mom van populaire godsdienst, hij weifelende, wankele mensen van het pad der waarheid kan afbrengen, heeft hij al veel bereikt om de kracht van Gods volk te breken. Dit op en neer golvend opwekkingsenthousiasme, dat komt en gaat gelijk de baren der zee, heeft een misleidend uiterlijk, waardoor tal van eerlijke mensen gaan geloven dat het de ware Geest des Heren is. Het wekt heel wat bekeerlingen. Degenen met een emotioneel temperament, de zwakken en onstandvastigen, scharen zich onder zijn banier; maar wanneer de vloed zich terug trekt, bemerken ze dat ze als eenzamen op het strand der zee zijn achtergebleven. Wordt niet misleid door valse leraren, noch laat u leiden door ijdele woorden. De vijand van zielen is ervan overtuigd dat hij genoeg schotels heeft met prettige fabelen om aan de begeerte van allente voldoen.

Er zullen altijd lichtende meteoren verschijnen; maar de lichtflits, die ze achter laten, gaat onmiddellijk uit in een duisternis, die nog zwarter schijnt dan tevoren. Deze sensationele godsdienstige opwekkingen, die ontstaan uit anecdoten en door het vertoon van excentriciteiten en buitennissigheden, kan men allemaal vergelijken met werk aan de oppervlakte, en diegenen van ons geloof die onder de ban komen van of meegesleept worden door die flitslichten, zullen nooit het werk Gods opbouwen. Bij het minste of geringste zijn ze bereid hun invloed terug te trekken en anderen over te halen om die vergaderingen te bezoeken, waar ze horen wat de ziel verzwakt en de geest verwart. Juist omdat men zich zo af laat trekken van het werk, lijdt de zaak Gods zo ', n slepend bestaan. We moeten standvastig zijn in het geloof; we moeten daarin onwrikbaar geworteld zijn. We hebben onze taak voor ons liggen, namelijk om het licht der waarheid, zoals dat geopenbaard is in Gods wet, op anderen te laten schijnen en hen uit de duisternis te trekken. Om te slagen vereist dit werk een bewuste, volhardende energie om doelbewust te handelen.

STANDVASTIGHEID NODIG

Er zijn sommigen in de gemeente die zich nodig moeten vastklemmen aan de pilaren van ons geloof, opdat ze met beide voeten stevig staan op een rotsbodem, inplaats van op een wankele oppervlakte, ontstaan door valse opwekkingen. Er zijn mensen in de gemeente, die in geestelijk opzicht aan een slechte spijsvertering lijden. Ze hebben zichzelven tot stumpers gemaakt; hun geestelijke zwakheid is het gevolg van hun eigen weifelende handelwijze. Ze worden door de steeds veranderlijke winden der leerstelling heen en weer gesmeten en zijn verward en onzeker omdat ze zich enkel door hun gevoelens laten leiden. Ze zijn op sensatie beluste Christenen, altijd hongerig naar iets nieuws en naar iets afwijkends; bizarre leerstellingen verwarren hun geloof, en voor de zaak der waarheid zijn ze waardeloos.

God heeft standvastige, doelbewuste mannen en vrouwen nodig, waar men op kan bouwen in tijden van gevaar en beproeving, die even vast geworteld en gegrond zijn in de waarheid als de eeuwige bergen, die niet naar links of naar rechts geduwd worden, maar recht door zee gaan en altijd aan de goede kant staan. Er zijn sommigen die in tijden van godsdienstig gevaar bijna doorgaans gezien worden in de gelederen van de vijand; gaat er enige invloed van hen uit dan staan ze daarmee nog aan de verkeerde kant. Zij voelen niet de zedelijke verplichting om al hun kracht te geven aan de waarheid, die ze belijden. Dezulken zullen loon ontvangen naar hun werken.

Zij, die weinig doen voor de Heiland wat betreft de redding van zielen en hun rechte verhouding tot God, zullen zich in het geestelijke niet krachtig ontwikkelen. We moeten aanhoudend de kracht, die we bezitten, gebruiken, opdat deze toeneemt en zich ontwikkelt. Zoals ziekte het gevolg is van de schending der natuurwetten, zo is geestelijk verval het resultaat van een aanhoudende overtreding van Gods wet. En nochtans kunnen al die overtreders belijden dat ze al de geboden Gods houden.

Wij moeten dichter tot God komen, onszelven in nauwer verbinding met de hemel plaatsen, en in de geringste daden van ons leven van-elke-dag de beginselen van de wet uitleven, om geestelijk gezond te zijn. God heeft Zijn dienstknechten bekwaamheden gegeven, talen-ten om te gebruiken tot Zijn heerlijkheid, niet om te vermorsen of te verstoppen. Hij heeft hun licht en een kennis van Zijn wil gegeven om dat aan anderen uit te dragen, en door anderen daarin te laten delen, worden we levende kanalen des lichts. Wanneer we onze geestelijke kracht niet gebruiken, worden we zwak, zoals de leden van het lichaam krachteloos worden, wanneer de zieke tot een langdurige rust gedwongen is. Juist door het gebruik ontstaat de kracht.

ANDEREN DIENENDE

Niets zal grotere geestelijke kracht en een dieper medegevoel wakker roepen dan het bezoeken en geestelijk versterken van zieken en moedelozen, door hen te helpen dat ze het licht zien en hun geloof op Jezus vestigen. Men moet zich soms van onaangename plichten kwijten, of anders zullen zielen tot ondergang zijn gedoemd. Christenen zullen het als een zegen beschouwen om deze werkjes te doen, hoe onprettig ze ook mogen zijn. Christus nam de onaangename taak op Zich om de hemelse hoven van reinheid en onovertroffen heerlijkheid te verlaten om als een mens onder de mensen te vertoeven in een wereld, geschonden en bevlekt door misdaad, geweld en ongerechtigheid. Hij deed dit om zielen te red-den, en zullen dan de objecten van zo ', n verbazingwekkende liefde en nooit gekende barmhartigheid zich dan verontschuldigen door een gemakzuchtig leven? Zullen ze hun eigen genoegens kiezen, hun eigen neigingen navolgen, en zielen laten omkomen in duisternis omdat ze in hun reddend werk met teleurstelling en norsheid te kampen hebben? Christus betaalde een oneindige prijs voor ‘s mensen verlossing, en zal hij dan zeggen: "Mijn Here, ik wil niet in Uw wijngaard arbeiden; ik bid U, houd mij voor verontschuldigd"?

Op degenen in Zion, die met hun armen over elkaar zitten, doet God een beroep om aan het werk te gaan. Zullen zij niet luisteren naar de stem des Meesters? Hij wenst trouwe arbeiders, mannen des gebeds, die zaaien aan alle wateren. Die aldus arbeiden zullen met verbazing ervaren hoe beproevingen, die men resoluut in de naam en de kracht van Jezus draagt, het geloof zullen versterken en de moed hernieuwen. Op de weg van nederige gehoorzaamheid ligt veiligheid en kracht, troost en hoop; maar de beloning zal uiteindelijk ontgaan diegenen, die niets voor Jezus doen. Zwakke handen zullen niet in staat zijn de Machtige aan te grijpen, zwakke knieën zullen doorzakken in dagen van strijd. Bijbellezers en Christelijke arbeiders zullen de heerlijke prijs ontvangen en zullen horen het "Wèl gedaan, gij goede en getrouwe slaaf, ....ga in tot hef feest van uw Heer." Mattheüs 25 : 21 (N.V.).