Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 1

Hoofdstuk 93

Voorbereiding op Christus' Komst

[ AUDIO ]

In het pas ontvangen gezicht te Battle Creek, gedurende onze algemene conferentie, werd mij ons gevaar als volk getoond, dat we eerder de wereld, dan het beeld van Christus gelijkvormig worden. Wij staan nu op de grenzen der eeuwigheid, maar het is de opzet van de vijand der zielen om ons zo te leiden dat we het einde des tijds maar ver en ver van ons afschuiven. Satan zal op alle mogelijke wijzen hen belagen, die belijden het geboden-houdend volk Gods te zijn en uit te zien naar de wederkomst van onze Heiland op de wolken des hemels met macht en grote heerlijkheid. Zo velen als maar mogelijk is, zal hij er toe brengen om de boze dag maar te verschuiven en de wereld gelijkvormig te worden 1879, Vol: 4, blz. 306--313 door haar gewoonten na te volgen. Het verontrustte mij hevig toen ik zag dat de geest der wereld hart en verstand bezielde van velen, die volop belijden de waarheid te geloven. Zelfzucht en zelfbevrediging worden door hen gekoesterd, maar ware godsvrucht en strikte onkreukbaarheid worden niet aangekweekt,

De engel Gods wees op hen, die de waarheid belijden, en herhaalde op plechtige toon deze woorden: "En wacht uzelven, dat uw harten niet te eniger tijd bezwaard worden met brasserij en dronkenschap en zorgvuldigheden dezes levens, en dat u die dag niet onvoorziens overkome. Want gelijk een strik zal hij komen over al degenen, die op de ganse aardbodem gezeten zijn. Waakt dan te allen tijd, biddende, dat gij moogt waardig geacht worden te ontvlieden al deze dingen, die geschieden zullen, en te staan voor de Zoon des mensen". Lukas 21 : 34--36.

Gezien hoe kort de tijd nog maar is, moeten wij als volk waken en bidden, en in geen geval onszelf toestaan dat we afgeleid worden van het plechtige voorbereidingswerk op de grote gebeurtenis, die ons te wachten staat. Omdat het ogenschijnlijk al zo lang geduurd heeft, zijn velen zorgeloos en onverschillig geworden ten aanzien van hun woorden en daden. Zij zijn zich hun gevaar niet bewust en zien en begrijpen de genade Gods niet in het verlengen van hun genadetijd, opdat ze in de ge-legenheid zijn karakters te vormen voor het toekomstige, onsterfelijke leven. Elk moment is van de hoogste waarde. Tijd wordt hun verstrekt, niet om te gebruiken ten eigen gerieve om zich te wortelen in deze wereld, maar om aangewend te worden ten einde elke fout in hun karakter te overwinnen, en, door voorbeeld en persoonlijke inspanning, anderen te helpen de schoonheid der heiligheid te zien. God heeft een volk op aarde, dat in geloof en heilige verwachting de rol vervult van de zich voltrekkende profetie, en dat er naar streeft de ziel te reinigen in het gehoorzamen der waarheid, opdat ze niet aangetroffen worden zonder het bruiloftskleed wanneer Christus zal verschijnen.

GEVOLGEN VAN HET VASTSTELLEN VAN EEN TIJD

Velen, die zich Adventisten genoemd hebben, hebben een vaste tijd gesteld. De ene datum na de andere is gesteld, waarop Christus zou komen, maar herhaalde mislukkingen zijn het resultaat geweest. De definitieve tijd van de komst onzes Heren ligt, zoals geschreven staat, buiten de gezichtskring van sterfelijke wezens. Zelfs de engelen, die ten dienste staan diergenen, die de zaligheid zullen beërven, weten noch de dag, noch de ure. "Doch van die dag en ure weet niemand, ook niet de engelen der hemelen, dan Mijn Vader alleen." Mattheüs 25 : 36. Omdat al die datums voorbij gegaan zijn zonder dat er iets gebeurde, verkeert de wereld, ten aanzien van de nabije komst des Heren, in een hechter staat van ongeloof dan tevoren. Met afkeer zien ze op de mislukkingen van die tijd-bepalers; en omdat de mensen zo bedrogen zijn, keren ze zich af van de waarheid, die geschraagd wordt door Gods Woord, dat het einde aller dingen op handen is.

Die zo vermetel zijn een bepaalde tijd te verkondigen, bewijzen daarmede de vijand der zielen een dienst; want zij dienen daarmede eerder het ongeloof dan de Christenheid. Ze komen met de Bijbel aandragen en door een valse uitleg brengen ze argumenten naar voren, die ogenschijnlijk hun een vaste grond geven. Maar hun mislukkingen tonen, dat zij valse profeten zijn, dat ze de taal der inspiratie niet op de juiste wijze verklaren. Het Woord Gods is waarheid en echtheid, maar de mensen hebben zijn bedoeling verdraaid. Deze dwalingen hebben de waarheid Gods voor dit laatste der dagen een miscrediet verschaft. Adventisten zijn bespottelijk gemaakt door predikanten van alle kerken, nochtans moeten Gods dienstknechten zich daardoor niet de mond laten snoeren. De tekenen, in de profetie voorzegd, gaan snel om ons heen in vervulling. Dit moet elke trouwe navolger van Christus aansporen tot een ijverige actie.

Die denken dat ze een vastgestelde tijd moeten prediken om op de mensen indruk te maken, werken niet vanuit een juist standpunt). De gevoelens der mensen kunnen opgezweept worden en men kan hun vrees aanjagen, maar ze handelen niet uit beginsel. Opgewondenheid is ontstaan; maar wanneer de datum voorbij is, en dat is al vaker gebeurd, vallen zij, die op die datum reageerden, weer terug in kilheid, duisternis en zonde, en het is bijna onmogelijk, zonder een andere sterke prikkel, hun geweten wakker te schudden.

In de dagen van Noach stonden de bewoners van de oude wereld spottend te lachen om hetgeen zij noemden de bijgelovige vrees en voorspellingen van de prediker der gerechtigheid. Hij werd uitgemaakt voor een fantast, een fanaticus, een alarmist. "Gelijk het geschied is in de dagen van Noach, alzo zal het ook zijn in de dagen van de Zoon des mensen." Lukas 17:26. De mensen zullen de plechtige waarschuwingsboodschap in onze tijd verwerpen, zoals ze dat deden in Noach's tijd. Zij zullen verwijzen naar die valse leraars, die de gebeurtenis voorzegd en een datum bepaald hebben, en zullen zeggen dat ze net zo min geloven in onze waarschuwing als in die van hen. Dat is de houding van de wereld in deze tijd. Het ongeloof is wijd en zijd verspreid, en om de prediking van Christus' komst wordt gelachen en gespot. Dit maakt het des te meer nodig dat zij, die de tegenwoordige waarheid geloven, hun geloof tonen door hun werken. Zij moeten geheiligd worden door de waarheid, die ze belijden te geloven; want ze zijn een reuk des levens ten leven of des doods ten dode.

Noach verkondigde aan de mensen van zijn tijd dat God hun honderd en twintig jaren zou geven, waarin ze tot berouw over hun zonden konden komen en een schuilplaats konden vinden in de ark, maar zij wilden op die liefdevolle uitnodiging niet ingaan. Meer dan voldoende tijd was hun geschonken om zich van hun zonden af te keren, hun slechte gewoonten te overwinnen en een rechtschapen karakter te ontwikkelen. Maar de lust tof zonde, hoewel bij velen in de beginne zwak, werd sterker door aanhoudend toegeven en dreef hen naar een onherstelbare ondergang. De genadevolle waar-schuwing van God werd met gemeesmuil, spot en hoongelach verworpen; en zij werden in duisternis gelaten om de weg te volgen die hun zondig hart had gekozen. Maar hun ongeloof stelde geen paal en perk aan de voorzegde gebeurtenis. Die kwam en groot was de gramschap Gods, welke gezien werd in de algehele vernietiging.

Deze woorden van Christus moesten gegrift staan in de harten van allen, die de tegenwoordige waarheid geloven: "En wacht uzelven, dat uw harten niet te eniger tijd bezwaard worden met brasserij en dronkenschap, en zorgvuldigheden dezes levens, en dat u die dag niet onvoorziens overkome". Het is Christus Zelf, Die ons op ons gevaar wijst. Hij kende de gevaren, die wij zouden lopen in dit laatste der dagen en wil dat we daarop voorbereid zijn. "Gelijk de dagen van Noach waren, alzo zal ook zijn de toekomst van de Zoon des mensen." Zij aten en dronken, plantten en bouwden, huwden en gaven ten huwelijk, tot op de dag dat Noach in de ark ging en de zondvloed kwam die hen allen verdelgde.

Zo zal de dag Gods de mensen ook aantreffen, geabsorbeerd in de zaken en genoegens der wereld, in feesten en zwelgpartijen, hun ontaarde smaak strelend door hef gebruik van alcohol en narcotische tabak. Dat is alreeds de bestaande toestand in onze wereld, en deze boze lusten treft men zelfs aan onder Gods belijdend volk, van wie sommigen de gewoonten der wereld na-volgen en in haar zonden delen. Advocaten, handarbeiders, kooplieden, boeren, ja zelfs predikanten van de kansel verkondigen het "vrede en geen gevaar", terwijl het zwaard der vernietiging hun reeds boven het hoofd hangt.

GELOOF EN IJVER

Het geloof in de nabije komst van de Zoon des mensen op de wolken des hemels moet voor de ware Christen geen oorzaak zijn, dat hij tegenover zijn gewone dagelijkse bezigheden zorgeloos en onverschillig wordt. De wachtenden, die uitzien naar de spoedige verschijning van Christus, moeten in hun werk niet traag zijn, maar ze moeten juist flink aanpakken. Hun werk moet niet onverschillig of op oneerlijke wijze gedaan worden, maar op een prompte, trouwe, gedegen manier. Zij, die zich wijs maken dat een zorgeloze onverschilligheid ten aanzien van de dingen des levens een blijk is van hun goede geestelijke gesteldheid en van hun afscheiding van de wereld, misleiden zichzelven ten zeerste. Hun trouw, geloofwaardigheid en onkreukbaarheid worden getoetst aan en bewezen door de tijdelijke dingen. Indien zij in het minste trouw zijn, zullen ze dat ook zijn in hef grote.

Mij werd getoond dat er juist op dit punt zo velen zijn, die de toets niet doorstaan. Zij ontwikkelen hun waar karakter in het beheer van hun tijdelijke aangelegenheden. In het zakelijke verkeer met hun medemensen leggen ze trouweloosheid, oneerlijkheid en intrige aan de dag. Ze zien niet in dat hun houvast op het toekomstige, eeuwige leven afhankelijk is van hun gedragingen in dit leven, en dat de strikste onkreukbaarheid ab-soluut nodig is voor de vorming van een rechtvaardig karakter. Door al onze rijen heen wordt oneerlijkheid beoefend, en dat is de oorzaak van de lauwheid bij velen, die belijden de waarheid te geloven. Zij zijn niet verbonden met Christus en misleiden hun eigen zielen. Het smart mij te moeten verklaren dat er een ontstellend gebrek aan eerlijkheid is, zelfs onder Sabbatvierders.

GEKEND AAN HUN VRUCHTEN

Ik werd verwezen naar Christus' Bergrede. Hier hebben we de inscherping van de Grote Leraar: "Alle dingen dan, die gij wilt, dat u de mensen zouden doen, doet gij hun ook alzo; want dal is de wet en de profeten". Mattheüs 7:12. Dit bevel van Christus is van het hoogste belang en moet strikt gehoorzaamd worden. Dat is gelijk gouden appelen op zilveren schalen. Hoe velen komen in hun leven het beginsel, dat Christus hier gegeven heeft, na, en behandelen anderen precies zoals zij behandeld zouden willen worden onder gelijke omstandigheden? Lezer(es), antwoord als ‘t u belieft.

Volgens de maatstaven van Christus is een eerlijk mens iemand die een strikte onkreukbaarheid aan de dag legt. Onzuivere gewichten en bedriegelijke weegschalen, waarmede zo velen hun wereldse belangen trachten te bevorderen, zijn een gruwel in Gods ogen. Maar velen, die belijden de geboden Gods te houden, handelen met onzuivere gewichten en bedriegelijke weegschalen. Wanneer een mens werkelijk met God verbonden is en Zijn wet in waarheid houdt, zal zijn leven dit feit openbaren; want ai zijn doen zal in harmonie zijn met de onderwijzingen van Christus. Hij zal zijn eer niet voor geld verkopen. Zijn beginselen zijn gebouwd op het vaste fundament, en zijn gedrag in wereldlijke aangelegenheden is in harmonie met zijn beginselen. Een vaste onkreukbaarheid schittert als goud te midden van het schuim en vuilnis der wereld. Bedrog, leugen, trouweloosheid mag weggeredeneerd worden en voor ‘s mensen oog verborgen zijn, maar niet voor Gods oog. De engelen Gods, die de ontwikkeling van het karakter gadeslaan en de zedelijke waarde afwegen, vermelden in de boeken des hemels al die kleine transacties, die het karakter openbaren. Wanneer een arbeider in zijn dagelijks werk ontrouw is en er de kantjes afloopt, dan oordeelt de wereld niet verkeerd wanneer ze zijn godsdienstig peil afmeet naar zijn peil in het gewone leven.

"Die getrouw is in het minste, die is ook in het grote getrouw; en die in het minste onrechtvaardig is, die is ook in het grote onrechtvaardig." Lukas 16:10. Eerlijkheid of oneerlijkheid wordt niet bepaald door de belangrijkheid van de kwestie. Zoals een mens handelt met zijn medemensen, zo zal hij ook met God handelen. Die ontrouw is in de mammon der onrechtvaardigheid, zal nooit bedeeld worden met de ware rijkdommen. De kinderen Gods mogen beslist niet vergeten dat ze in al hun zakelijke transacties getoetst, gewogen worden in de weegschalen van het heiligdom.

Christus heeft gezegd: "Een goede boom kan geen kwade vruchten voortbrengen, noch een kwade boom goede vruchten voortbrengen". "Zo zult gij dan dezelve aan hun vruchten kennen." Mattheüs 7:18, 20. De werken, die een mens in zijn leven doet, zijn de vruchten die hij voortbrengt. Wanneer hij trouweloos en oneerlijk is in tijdelijke aangelegenheden, dan brengt hij doornen en distelen voort; hij zal trouweloos zijn in hef godsdienstige leven en zal God beroven in tienden en gaven.

De Bijbel veroordeelt in de krachtigste bewoordingen alle leugen, bedrog en oneerlijkheid. Wat goed en wat verkeerd is, staat duidelijk vermeld. Maar mij werd getoond dat Gods volk zich gewaagd heeft op het terrein van de vijand; ze zijn bezweken voor zijn verleidingen en ingegaan op zijn listen, totdat al hun gevoelens zijn afgestompt. Een lichte afwijking van de waarheid, een kleine verandering in de eisen Gods, wordt niet als zo erg zondig beschouwd, wanneer het gaat om geldelijke winst of verlies. Maar zonde is zonde, of die nu begaan wordt door de millionnair of door de bedelaar in de straten. Die zich bezit toeëigenen door valse voorspiegelingen brengen de vervloeking over hun ziel. Al wat door bedrog of fraude verkregen is zal voor de ontvanger dan ook een vloek zijn.

Adam en Eva ondergingen de verschrikkelijke gevolgen van het ongehoorzaam zijn aan het uitdrukkelijke gebod van God. Ze zouden geredeneerd kunnen hebben: Dat is maar een heel kleine zonde, en die zal toch zeker niet geteld worden. Maar God zag die kwestie als een verschrikkelijk kwaad, en de ellende van hun overtreding zal gevoeld worden door alle tijden heen. In de tijden, waarin wij leven, worden zonden van veel groter omvang vaak bedreven door hen, die belijden Gods kinderen te zijn. In zakelijke transacties worden leugens gesproken en gedaan door Gods belijdend volk, hetgeen Zijn misnoegen brengt over hen en op Zijn werk een smet werpt. De minste afwijking van trouw en van onkreukbaarheid is een overtreding van Gods wet. Het aanhoudend koesteren van zonde brengt iemand zover dat dit verkeerde een gewoonte wordt, maar dat vermindert het verzwaarde karakter van de zonde niet. God heeft onveranderlijke beginselen ingesteld, die Hij niet kan veranderen zonder een revisie van Zijn gehele natuur. Wanneer Gods Woord trouw bestudeerd werd door allen, die belijden de waarheid te geloven, dan zouden ze in het geestelijke niet zulke dwergen blijven. Die in dit leven geen eerbied hebben voor Gods geboden, zouden Zijn autoriteit niet eerbiedigen, wanneer ze in de hemel waren.

DE BIJBEL EEN ONFEILBARE GIDS

Elke aard van immoraliteit is in het Woord van God met duidelijke trekken geschilderd en haar gevolgen worden ons getoond. Het toegeven aan de lagere driften wordt ons geschilderd in zijn walgelijkst karakter. Niemand echter, hoe verduisterd ook zijn begrip is, be-hoeft te dwalen. Maar mij is getoond dat deze zonde gekoesterd wordt door velen, die belijden in al de geboden Gods te wandelen. God zal een ieder door Zijn Woord oordelen. In dat verband zegt Christus: "Onderzoekt de Schriften; want gij meent in dezelve het eeuwige leven te hebben; en die zijn het, die van Mij getuigen." Johannes 5 :39. De Bijbel is een onfeilbare gids. Hij vraagt een volmaakte zuiverheid in woord, in gedachte, en in daad. Alleen deugdzame, vlekkeloze karakters zullen mogen verkeren in de tegenwoordigheid van een rein en heilig God. Wanneer het Woord van God bestudeerd en gehoorzaamd wordt zal dat de mensenkinderen leiden, zoals de Israëlieten geleid werden door een vuurkolom des nachts en door een wolkkolom overdag. De Bijbel is de wil Gods, voorgelegd aan de mens. Dat is de enige volmaakte karaktermaatstaf en stippelt de plicht van de mens uit in elke omstandigheid des levens. We hebben in dit leven tal van verantwoordelijkheden te dragen, en wanneer we daarin nalatig zijn, zal dat niet alleen ons, maar ook anderen nadelig zijn.

Mannen en vrouwen, die belijden eerbied te hebben voor de Bijbel en de onderwijzingen daarin na te leven, falen nochtans in menig opzicht om aan zijn eisen te voldoen. In de opvoeding van kinderen volgen ze liever hun eigen verworden natuur dan de geopenbaarde wil Gods. Dit plichtsverzuim houdt in het verlies van duizenden zielen. De Bijbel ontvouwt richtlijnen voor de cor-recte discipline der kinderen. Hadden de ouders op die eisen Gods acht geslagen, dan zouden we heden ten dage een geheel andere jeugd op het toneel des levens zien verschijnen. Maar ouders, die belijden de Bijbel te lezen en de Bijbel na te volgen, handelen in lijnrechte tegenstelling met zijn beleringen. We horen het ach-enwee-geroep van vaders en moeders, die lamenteren over het gedrag van hun kinderen, weinig beseffende, dat ze die smart en angst zichzelven op de hals gehaald hebben en door hun misplaatste genegenheid de kinderen ongelukkig maken. Zij realiseren zich niet de hun door God opgelegde verantwoordelijkheden om de kinderen vanaf hun kindsheid de juiste gewoonten aan te leren.

Ouders, gij zijt in grote mate verantwoordelijk voor de zielen uwer kinderen. Velen verzaken hun plicht gedurende de eerste levensjaren van hun kinderen, uitgaande van de gedachte dat, wanneer ze wat ouder zijn, ze het verkeerde wel de kop zullen indrukken en hen leiden in het rechte spoor. Maar juist de tijd, waarop ze dit werk moeten doen, is, wanneer de kinderen nog als baby's in hun armen liggen. Het is verkeerd van de ouders om hun kinderen te vertroetelen en te verwennen, zoals het ook verkeerd is om van hen geen notitie te nemen. Een vaste, gedecideerde, recht-door-zee gaande wijze van doen zal de beste resultaten afwerpen.