Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 2

Hoofdstuk 27

Belangrijkheid van de Sabbat

[ AUDIO ]

Zij die verantwoordelijke plaatsen bekleden, moeten nauwlettend toezien dat hun woorden en voorbeeld dusdanig zijn, dat het volk daardoor tot juiste zienswijzen en praktijken gebracht zal worden. Zij moeten er zeker van zijn dat ze in geen enkel opzicht de eisen Gods gering achten. Omdat het vierde gebod zo algemeen wordt vertrapt, moeten wij des te vuriger en voortvarender zijn om dit gebod van Gods heilige wet hoog te houden. Het is de derde-engel-boodschap, die wij aan de wereld moeten brengen. Hier worden wij door God getoetst, en indien we aan de maatstaf beantwoorden, zullen we een bijzonder volk zijn.

Die het vierde gebod gehoorzaamt, zal ervaren dat een scheidingslijn getrokken is tussen hem en de wereld. De Sabbat is een toetssteen, geen menselijke inzetting, maar Gods toetssteen. Dat juist zal een onderscheidingsteken zijn tussen degenen die God dienen en degenen die Hem niet dienen; en over dit punt zal het laatste grote conflict gaan in de strijd tussen waarheid en dwaling.

Onder onze leden van deze landen heeft de Sabbat niet gestaan in de verheven positie waarin God hem heeft geplaatst. De wereld is het instrument dat de gemeente zift, en de oprechtheid van haar leden toetst. Van de wereld gaan drijfveren uit die, wanneer ze worden nagevolgd, de gelovige daar plaatsen waar zijn leven niet in overeenstemming is met zijn belijdenis.

DEELGENOOTSCHAP MET ONGELOVIGEN

Enkelen van onze broeders in het zakenleven hebben de Sabbat niet gehouden volgens het gebod. Sommigen 1886, Historical Sketches of the Foreign Missions of the Seventh-day Adventists (Historische Schetsen van de Buitenlandse Zending der Z.D.A., blz. 215--218 (artikel geschreven vanuit Oslo, Noorwegen) hebben een compagnonschap met ongelovigen en ze zijn onder de invloed gekomen van deze deelgenoten die de Sabbat overtreden. Sommigen zijn zó verblind geworden dat ze het gevaar van zulke verbintenissen niet konden onderscheiden, waardoor dit nog des te groter wordt. Terwijl de ene compagnon volgens zijn godsdienst de Sabbat houdt, drijft de andere met de bedienden de zaken van de firma. Hoewel de Sabbatvierder voor het oog niet werkt, kan hij toch zijn gedachten niet van de zakelijke aangelegenheden afhouden. Hij wil de Sabbat vieren en toch doet hij dat niet. De Here be-schouwt hem als een overtreder.

Zelfs in zakelijke verhoudingen kunnen wij ons niet verbinden met hen die niet trouw staan tegenover God, zonder het beginsel prijs te geven. Wat bij de ene partij volgens het geweten niet mag, vindt de ander goed. En dit doet zich niet alleen voor in godsdienstige aangelegenheden, maar ook in zakelijke overeenkomsten. De een handelt uit zelfzuchtige redenen zonder zich iets aan te trekken van Gods wet of de zaligheid der ziel; en indien de ander God en de waarheid oprecht liefheeft, moet er óf een prijsgeven van beginsel zijn, òf men heeft aanhoudend onaangename verschillen.

Het zal een aanhoudende worsteling eisen om aan wereldse invloed en voorbeeld van zijn ongelovige compagnon weerstand te bieden. Hij heeft te kampen met grote moeilijkheden; want hij heeft zich gewaagd op het terrein van de vijand. De enige veilige koers ligt daarin, om acht te slaan op de geïnspireerde vermaning: "Trekt niet een ander juk aan met de ongelovigen; want welk deel heeft de gerechtigheid met de ongerechtigheid, en wat gemeenschap heeft het licht met de duisternis?" "Daarom gaat uit het midden van hen en scheidt u af," zegt de Here, "en raakt niet aan hetgeen onrein is, en Ik zal ulieden aannemen." 2 Corinthe 6 : 14, 17.

SCHOOLBEZOEK OP DE SABBAT

Sommigen van ons volk hebben hun kinderen op Sabbat naar school gezonden. Daartoe waren ze niet qe dwongen, maar de schoolleiding wilde de kinderen niet opnemen, of ze moesten zes dagen op school komen. Op enkele van deze scholen krijgen de leerlingen niet enkel onderwijs in de gewone leervakken, maar ook worden hun verschillende werkjes geleerd; en daarheen zenden zij die de geboden houden, op Sabbat hun kinderen. Sommige ouders hebben getracht hun handelwijze te rechtvaardigen _ door de woorden van Christus aan te halen, dat het geoorloofd is op de Sabbatdag goed te doen. Maar volgens diezelfde redenering zouden mannen op Sabbat mogen werken, omdat zij voor hun kinderen het brood moeten verdienen; en zo is er geen grens, geen scheidingslijn om te laten zien wat wel en wat niet gedaan mag worden.

Waren deze goede broeders geestelijk beter gefundeerd, hadden ze de bindende eis van Gods wet beseft zoals een ieder van ons dat moet doen, dan hadden ze hun plicht gekend en zouden ze niet in de duisternis hebben gewandeld. Ze konden maar niet inzien, hoe ze het anders moesten klaarspelen. Maar waf betreft Zijn geboden, schikt God Zich niet naar ons. Hij verwacht van ons dat we die gehoorzamen en ze onze kinderen zullen leren. Wij kennen dienaangaande het voorbeeld van Abraham, de vader der gelovigen. De God des hemels zegt: "Ik heb hem gekend, opdat hij zijn kinderen en zijn huis na hem zou bevelen en zij de weg des Heren houden." Genesis 18 : 19. En daarom werden zulke grote zegeningen over hem en zijn nakomelingen uitgesproken.

Onze broeders kunnen de goedkeuring Gods niet verwachten wanneer ze hun kinderen daar brengen waar het hun onmogelijk is het vierde gebod te gehoorzamen. Zij moeten trachten met de schoolleiding een schikking te treffen, waardoor de kinderen op de zevende dag de school niet behoeven fe bezoeken. Lukt dit niet, dan moeten ze hun plicht kennen om Gods geboden te ge-hoorzamen, wat dit ook kost.

In sommige plaatsen van Midden-Europa zijn personen beboet en gevangen gezet omdat ze hun kinderen op Sabbat niet naar school zonden. De ouders gaven hun een Bijbel in plaats van gewone leerboeken en dan studeerden ze daarin. Maar waar dit maar mogelijk is, moeten onze leden eigen scholen oprichten. Waar dit niet gaat, moeten ze zo gauw mogelijk verhuizen naar een andere plaats waar ze vrij zijn om de geboden Gods te houden.

HET BEWIJS VAN TROUW

Sommigen zullen te berde brengen, dat de Here het toch niet zo erg nauw neemt met Zijn geboden; dat het niet hun plicht is, de Sabbat te houden wanneer dat zo'n groot nadeel met zich brengt, of dat ze zich daar zullen plaatsen waar ze in botsing zullen komen met de wetten van het land. Maar juist op dit punt zullen we getoetst worden, of we de wet van God zullen eren boven de voorschriften van mensen. Juist dit zal een scheidingslijn trekken tussen hen die God eren en hen die Hem onteren. Juist op dit punt zullen we onze trouw bewijzen. De geschiedenis van Gods handelingen met Zijn volk door alle eeuwen heen toont dat Hij stipte gehoorzaamheid verlangt.

Toen de engel des verderfs gereed stond door Egypte te trekken om de eerstgeborene van mens en dier te doden, kregen de Israëlieten bevel hun kinderen bij zich in huis te houden en de deurpost met bloed te bestrijken, en niemand mocht het huis verlaten; want allen die onder de Egyptenaren gevonden zouden worden, zouden met hen vernietigd worden. Veronderstelt dat een Israëliet had verzuimd het teken van het bloed op de deur aan te brengen, met de bewering dat de engel Gods wel in staat zou zijn, onderscheid te maken tussen de Hebreeën en de Egyptenaren; zouden dan de hemelse schildwachten die woning hebben beschermd? Laten we voor onszelf de les daaruit leren.

Weer zal de verdervende engel door hef land gaan. Er is een merkteken dat geplaatst wordt op Gods volk, en dat teken is het vieren van Zijn heilige Sabbat. We moeten niet onze eigen wil en oordeel navolgen en onszelf wijsmaken dat God het wel met ons zal schikken. God toetst ons geloof door ons iets te laten doen dat in verband staat met Zijn bemiddeling te onze gunste. Aan degenen die aan de voorwaarden voldoen, zullen Zijn beloften vervuld worden; maar allen die het wagen Zijn raadgevingen te minachten, die hun eigen weg volgen, zullen omkomen met de goddelozen wanneer Zijn oordelen over de wereld zullen komen.

Wanneer ouders hun kinderen een scholing laten geven gelijk de wereld, en van de Sabbat een gewone dag maken, kan het zegel Gods op hen niet geplaatst worden. Ze zullen met de wereld vergaan; en zal dan hun bloed niet op de ouders neerkomen? Maar wanneer wij onze kinderen Gods geboden trouw leren, en hen onderwerpen aan de ouderlijke macht, en hen door geloof en gebed aan God opdragen, zal Hij met ons medewerken; want dat heeft Hij beloofd. En wanneer de volle gram-schap over het land zal uitgestort worden, zullen ze met ons verborgen worden in het binnenste van ‘s Heren tent.

NAUWGEZETTE SABBATVIERING

God bracht Zijn volk Israël uit Egypte, opdat ze Zijn Sabbat konden houden, en Hij gaf hun bijzondere aanwijzingen hoe die te houden. De Tien Geboden, door Zijn eigen mond gesproken, en de raadgevingen aan Mozes gegeven, werden op schrift gesteld ten bate van allen die op de aarde zouden wonen tot aan het einde des tijds. God heeft de mens zes dagen gegeven om te werken, maar Hij heeft de zevende voor Zichzelf afgezonderd en een zegen uitgesproken over allen die hem heiligen.

De dag vóór de Sabbat moet een dag zijn ter voorbereiding, opdat alles klaar zal zijn wanneer Zijn heilige uren aanbreken. "Wat gij bakken zoudt, bakt dat, en kookt wat gij koken zoudt." "Morgen is het de rust, de heilige Sabbat des Heren." Exodus 16:23.

Goddelijke barmhartigheid heeft voorgeschreven dat de zieken en lijdenden verzorgd moeten worden; de arbeid die nodig is om hen te helpen, is een noodzakelijk werk en geen schending van de Sabbat. Maar alle onnodig werk moet gemeden worden. Velen stellen kleine dingen die men feitelijk had moeten doen op de dag der voorbereiding uit tot aan het begin van de Sabbat. Dit behoort niet zo te zijn. Al het werk dat men tot aan het begin van de heilige tijd verzuimd heeft te doen, moet ongedaan blijven tot de Sabbat voorbij is.

Over woorden en gedachten moet gewaakt worden. Die zakelijke aangelegenheden bespreken en op Sabbat plannen leggen, worden door God beschouwd als waren ze bezig met hun gewone zakelijke bezigheden. Willen we de Sabbat heiligen, dan moeten we onze gedachten niet laten gaan over dingen van een werelds karakter.

De Zondag is in het algemeen een dag van vermaak en plezier geworden; maar de Here wil dat Zijn volk de wereld een verhevener, heiliger voorbeeld geeft. Op de Sabbatdag moet het gezin plechtig aan God worden gewijd. Het gebod omvat allen binnen onze poorten; allen die in huis zijn moeten hun wereldse bezigheden ter zijde leggen en de geheiligde uren in wijding doorbrengen. Laten allen zich verenigen om God te eren door een blijmoedig dienen op Zijn heilige dag.