Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 2

Hoofdstuk 53

De Doop

[ AUDIO ]

De inzettingen van doop en ‘s Heren Avondmaal zijn twee monumentale zuilen, een buiten en een binnen de Gemeente. Op deze inzettingen heeft Christus de Naam van de ware God geschreven.

Christus heeft de doop gesteld als het teken van het binnengaan in Zijn geestelijk Koninkrijk. Hij heeft die gesteld als een positieve voorwaarde, waaraan allen moeten voldoen die erkend willen worden als te staan onder de autoriteit van de Vader, de Zoon, en de Heilige Geest. Alvorens de mens een thuis kan vinden in de Gemeente, alvorens hij de drempel van Gods geestelijk Koninkrijk overschrijdt, moet op hem de Goddelijke Naam geschreven worden: "De Here onze Gerechtigheid." Jeremia 23 : 6.

De doop is de plechtigste verzaking van de wereld. Die gedoopt zijn in de drievoudige Naam van de Vader, de Zoon, en de Heilige Geest, precies aan het begin van hun Christelijke leven, getuigen in het openbaar dat ze de dienst van Satan hebben opgegeven en leden van het Koninklijke gezin zijn geworden, kinderen van de hemelse Koning. Zij hebben het bevel gehoorzaamd: "Gaat uit het midden van hen en scheidt u af, .... en raakt niet aan hetgeen onrein is." En aan hen is de belofte vervuld: "Ik zal ulieden aannemen en Ik zal u tot een Vader zijn, en gij zult Mij tot zonen en dochteren zijn, zegt de Here, de Almachtige." 2 Corinthe 6:17, 18.

VOORBEREIDING OP DE DOOP

Er bestaat behoefte aan een meer gedegen voorbereiding van de doopcandidaten. Zij hebben behoefte aan een beter onderwijs dan hun doorgaans is gegeven. De beginselen van het Christelijke leven moeten worden 1900, Vol. 6, blz. 91--99 duidelijk gemaakt aan hen die pas tot de waarheid zijn gekomen. Niemand kan zich verlaten op hun belijdenis des geloofs als bewijs dat zij in een reddende verbinding met Christus staan. Wij moeten niet enkel zeggen: "Ik geloof", maar we moeten de waarheid uitleven. Het is door overeenstemming met de wil van God in onze woorden, onze gedragingen, ons karakter, dat wij onze gemeenschap met Hem bewijzen. Wanneer iemand breekt met de zonde, die een overtreding van de wet is, zal zijn leven in overeenstemming met de wet gebracht worden tot volmaakte gehoorzaamheid. Dat is hef werk van de Heilige Geest. Het licht van het Woord, nauwgezet bestudeerd, de stem van het geweten, de werkingen van de Geest, verwekken in het hart oprechte liefde voor Christus, Die Zichzelf gaf als een totaal offer om de totale mens, lichaam, ziel, en geest te verlossen. En de liefde komt tot uiting in de gehoorzaamheid. De scheidingslijn zal duidelijk en scherp getrokken worden tussen hen die God liefhebben en Zijn geboden houden en degenen die Hem niet liefhebben en Zijn geboden veronachtzamen.

Trouwe Christelijke mannen en vrouwen moeten branden van verlangen om de bekeerde ziel een juiste kennis van de gerechtigheid in Christus Jezus bij fe brengen. Indien sommigen de zelfzucht zijn gaan koesteren om in het leven een hoge positie in te nemen, moeten trouwe gelovigen waken over deze zielen als dezulken die eenmaal rekenschap zullen moeten geven. Zij moeten het trouwe, tedere, liefdevolle onderricht dat zo nodig is voor pasbekeerden, niet verwaarlozen, opdat ze geen halfslachtig werk zullen doen. De allereerste ervaring moet correct en goed zijn.

Satan wil niet dat iemand de noodzakelijkheid ziet van algehele overgave aan God. Wanneer de ziel faalt in hef doen van deze overgave wordt de zonde niet verzaakt; lusten en hartstochten willen de overhand hebben; verzoekingen verstoren het geweten, zodat een ware bekering niet plaats vindt. Indien allen een begrip hadden van de strijd die iedere ziel moet voeren met satanische werktuigen, die zoeken te verschrikken, te verlokken en te misleiden, zou er met meer ijver gewerkt worden voor hen die pas in het geloof staan.

Deze zielen, aan zichzelf overgelaten, worden vaak verzocht, en onderscheiden niet het kwaad van de verzoeking. Breng hen onder het oog dat zij het voorrecht hebben raad in te winnen. Laat ze het gezelschap zoeken van hen die hen kunnen helpen Door omgang met hen die God liefhebben en vrezen, zullen zij kracht ontvangen.

Onze gesprekken met deze zielen zullen een geestelijk, bemoedigend karakter dragen. De Here ziet de strijd van elke zwakke, twijfelende, worstelende ziel en Hij zal allen die Hem aanroepen, helpen. Zij zullen vóór zich de hemel geopend zien, terwijl engelen de ladder van glanzende heerlijkheid, die zij willen beklimmen, open afgaan.

HET WERK DER OUDERS

Ouders wier kinderen gedoopt willen worden, hebben een werk te doen, zowel wat betreft zelfonderzoek als het geven van trouw onderricht aan hun kinderen. De doop is een zeer heilige en belangrijke inzetting, en er moet een gedegen begrip bestaan wat betreft zijn betekenis. Het betekent berouw over zonde en het begin van een nieuw leven in Christus Jezus. Er moet geen onnodige haast gemaakt worden om de inzetting te ondergaan. Laten èn ouders èn kinderen bezinnen voor zij beginnen. In de bewilliging tot de doop van hun kinderen doen de ouders de plechtige gelofte om trouwe rentmeesters te zijn over deze kinderen en hen bij te staan in hun karaktervorming. Zij doen de gelofte met bijzondere nauwgezetheid te waken over de lammeren der kudde, opdat zij het geloof dat zij belijden, geen schande aandoen.

Godsdienstig onderricht moet de kinderen gegeven worden vanaf hun vroegste jaren. Dat moet gegeven worden niet in een veroordelende geest maar in een opgewekte, blijmoedige geest. Moeders moeten voortdurend op hun hoede zijn, anders zal over hun kinderen de ver-zoeking komen in zodanige vorm, dat ze die niet kunnen onderscheiden. De ouders moeten waken over hun kinderen door hen verstandig, prettig onderricht te geven. Als de allerbeste vrienden van deze onervarenen, moeten ze hen helpen in het werk der overwinning, want overwinning betekent inderdaad alles voor hen. Zij moeten bedenken dat hun eigen dierbare kinderen die trachten het goede te doen, jongere leden zijn van ‘s Heren gezin, en zij moeten een vurige belangstelling tonen om hen te helpen rechte paden te maken in ‘s Konings heirweg der gehoorzaamheid. Met liefdevolle belangstelling moeten zij hen dag in dag uit leren wat het wil zeggen kin-deren Gods te zijn en de wil in gehoorzaamheid aan Hem te onderwerpen. Leert hen dat gehoorzaamheid aan God gehoorzaamheid aan hun ouders inhoudt. Dat moet het werk zijn van elke dag, van elk uur. Ouders, waakt, waakt en bidt, en, maakt uw kinderen tot uw vrienden.

Wanneer de gelukkigste periode van hun leven is gekomen en zij in hun hart Jezus liefhebben én wensen gedoopt te worden, spreekt dan vertrouwelijk met hen. Alvorens zij de doop ondergaan, vraagt hen of het in hun leven het allereerste doel is, voor God te werken. Vertelt hun dan hoe ze moeten beginnen. Juist die eerste lessen zijn van zoveel betekenis. Leert hen in alle eenvoud hoe zij hun eerste werk voor God kunnen doen. Maakt hen dat werk zo eenvoudig als maar mogelijk is. Verklaart wat het is, het eigen-ik aan de Here over te geven, precies te doen wat Zijn Woord zegt, onder de raadgeving van Christelijke ouders.

Na deze trouwe arbeid, wanneer u voldaan is dat uw kinderen de betekenis van bekering en doop begrijpen, en waarlijk bekeerd zijn, laat hen dan gedoopt worden. Maar nogmaals, bereidt uzelf in de eerste plaats voor om als trouwe herders hun onervaren voeten te leiden op het smalle pad der gehoorzaamheid. God moet in de ouders werken opdat zij hun kinderen een juist voorbeeld geven in liefde, beleefdheid en Christelijke ootmoed en in een algehele overgave van het eigen-ik aan Christus. Wanneer u instemt met de doop van uw kinderen, zonder enig plichtsgevoel om hun voeten te houden op het rechte pad, bent u zelf verantwoordelijk wan neer zij geloof en moed en belangstelling voor de waarheid verliezen.

HET WERK VAN DE HERDER DER GEMEENTE

Doopcandidaten, mannen of vrouwen, die reeds volwassen zijn, moeten een beter begrip van hun plicht hebben dan de jongeren; evenwel draagt de herder der gemeente een verantwoordelijkheid voor deze zielen. Hebben ze slechte gewoonten of praktijken? Dan is het de plicht van de herder der gemeente met hen samen te komen. Geef hun Bijbelstudies, spreek en bid met hen en toon hun duidelijk wat God van hen vraagt. Lees met hen wat de Bijbel leert aangaande bekering. Laat zien wat de vrucht der bekering is, het bewijs dat zij God liefhebben. Toon dat ware bekering een verandering van hart, van gedachten en van doelstellingen inhoudt. Met verkeerde gewoonten moet gebroken worden. De zonden van kwaadspreken, van jaloersheid en ongehoorzaamheid, moeten verzaakt worden. De strijd moet aangebonden worden met elke boze karaktertrek. Dan kan de gelovige verstandelijk aanspraak maken op de belofte: "Bidt en u zal gegeven worden." Mattheüs 7 : 7.

ONDERVRAGING DER CANDIDATEN

De toets van het discipelschap is niet ten volle toegepast zoals behoorde op hen die gedoopt willen worden. Het moet duidelijk zijn, of zij enkel de naam van Zevende-Dags Adventisten willen aannemen, of dat zij zich aan ‘s Heren zijde willen scharen om uit de wereld te komen, zich af te scheiden en het onreine niet aan te raken. Vóór de doop moet er een nauwgezet onderzoek naar het beleven van de candidaten plaats vinden. Laat dit onderzoek niet geschieden op een koude, kille manier, maar vriendelijk en teder, waarbij men de pasbekeerden wijst op het Lam Gods Dat de zonde der wereld wegneemt. De doopcandidaten moeten een goed begrip hebben van de eisen van het Evangelie.

Eén van de punten waarop de nieuwelingen in het geloof gewezen moeten worden, is de kleding. Laten de pasbekeerden zich daar ernstig rekenschap van geven. Is er een ijdel verlangen naar mooie kleren? Koesteren ze de hovaardij in hun hart? Dat verzot zijn op mooie kleren is een zedelijke ziekte. Dat mag niet meegenomen worden in het nieuwe leven. In de meeste gevallen zal een onderwerping aan de eisen van het Evangelie een besliste verandering ten opzichte van de kleding vragen.

Er mag in de kleding geen slordigheid bestaan. Om Christus' wille, Wiens getuigen wij zijn, moeten we er zo verzorgd mogelijk uitzien. In de tabernakeldienst schreef God tot in de bijzonderheden voor hoe de kleding moest zijn van hen die Hem daar dienden. Zo wordt ons geleerd dat Hij wel zeer bijzonder let op de kleding van degenen die Hem dienen. Tot in de kleinste bijzonderheden waren de richtlijnen gegeven ten aanzien van Aarons kleren, want zijn kleed had een symbolische be-tekenis. Zo moeten ook de kleren van Christus' navolgers symbolisch zijn. In al die dingen zijn wij Zijn vertegenwoordigers. Ons uiterlijk moet in alle opzichten gekenmerkf worden door netheid, zedigheid en reinheid. Maar het woord van God geeft geen toestemming om verandering in onze kleding te maken enkel en alleen ter wille van de mode, om de wereld gelijkvormig te worden. Christenen moeten zich geen dure opschik en kostbare versierselen ten koste leggen.

De woorden der Schrift aangaande de kleding moeten zorgvuldig worden nagegaan. Wij moeten begrip hebben van wat de Here des hemels waardeert zelfs in de kleding aan het lichaam. Allen die ernstig zoeken naar Gods genade zullen de onderrichtende woorden door God ingegeven ter harte nemen. Zelfs door ons uiterlijk zullen we de waarheid van het Evangelie tot uitdrukking kunnen brengen.

Allen die het leven van Christus bestuderen en Zijn leer in praktijk brengen, zullen worden gelijk Christus. Hun invloed zal zijn overeenkomstig de Zijne. Zij zullen een gezond, sterk karakter openbaren. Wanneer zij de ootmoedige weg der gehoorzaamheid gaan, doende de wil van God, oefenen zij een invloed uit die getuigt van de vooruitgang van Gods zaak en de gezonde zuiver heid van Zijn werk. In deze waarlijk bekeerde zielen zal de wereld een getuigenis zien van de heiligende invloed der waarheid op het menselijk karakter.

De kennis van God en van Jezus Christus, uitgedrukt in het karakter, gaat ver en ver uit boven alles wat op aarde en in dé hemel wordt gewaardeerd. Dat is de allerhoogste opvoeding. Het is de sleutel die de poorten van de hemelse stad opent. Het is Gods bedoeling dat allen die Christus aandoen door de doop, die kennis zullen bezitten. En het is de plicht van Gods dienstknechten om deze zielen het voorrecht van hun hoge roeping in Christus Jezus voor te houden.

TOEPASSING VAN DE INZETTING

Laat, zo mogelijk, de doop gehouden worden in een helder meer of vlietende stroom. En verleen aan de gelegenheid al de belangrijkheid en plechtigheid die maar bijgebracht kan worden. Bij zo'n dienst zijn engelen Gods altijd aanwezig.

Die de regeling van de doop in handen heeft, moet er voor zorgen dat van die gebeurtenis een plechtige, heiligende invloed uitgaat op alle toeschouwers. Elke inzetting van de Gemeente moet zó geleid worden dat haar invloed een verheffende uitwerking heeft. Niets mag geschieden op een gewone, alledaagse manier, of geplaatst worden op het peil van de gewone dingen. Onze gemeenten moeten nodig opgevoed worden tot een groter respect en eerbied voor de heilige dienst van God. Zoals de predikanten de verschillende diensten Gods leiden, zo scholen en trainen ze ook het volk. Kleinigheden die de ziel scholen en trainen en disciplineren voor de eeuwigheid, zijn van vergaande invloed op de verheffing en heiliging van de Gemeente.

In elke gemeente moeten doopkleden aanwezig zijn voor de doopcandidaten. Dit moet niet beschouwd worden als een nodeloze uitgave van geld. Dat is een van de dingen, nodig om gehoorzaam te zijn aan de inscherping: "Laat alle dingen betamelijk en met orde geschieden." 1 Corinthiërs 14 : 40.

Het is niet goed voor een gemeente om, wanneer het nodig is maar doopkleden te lenen bij een andere gemeente. Vaak wanneer de doopkleden nodig zijn, zijn ze nergens te vinden; die ze geleend heeft, heeft verzuimd ze terug te geven. Elke gemeente moet op dit gebied voorzien in haar eigen behoeften. Laat men voor dit doel een fonds oprichten. Wanneer de gehele gemeente daartoe meewerkt, is de last niet zo zwaar.

De doopkleden moeten gemaakt worden van een stevige stof van een donkere kleur die niet aangetast kan worden door het water en ze moeten reiken tot op de grond. Het moeten nette, goed zittende kleden zijn, gemaakt naar een goedgekeurd patroon. Ze moeten zijn zonder enige versiering of plooi of opsmuk. Alle vertoon, of dat nu bestaat uit versierselen of opsmuk, is misplaatst. Wanneer de candidaten de betekenis van de inzetting aanvoelen, zullen ze niet verlangen naar persoonlijke versierselen. Toch mag er niets zijn dat sjofel of onbe-tamelijk is, want dat is een belediging voor God. Alles wat met deze heilige inzetting verbonden is, moet laten zien dat daaraan een zo volmaakt mogelijke voorbereiding is voorafgegaan.

NA DE DOOP

De geloften die wij voor onszelf afleggen bij de doop, zijn veelomvattend. In de Naam des Vaders, des Zoons en des Heiligen Geestes zijn v/ij begraven in de gelijkheid van Christus' dood en opgewekt in de gelijkheid van Zijn opstanding, en nu moeten we een nieuw leven leiden. Ons leven moet nauw verbonden zijn met het leven van Christus. Bovendien moet de gelovige in gedachte houden dat hij aan God, aan Christus en aan de Heilige Geest is gewijd. Hij moet alle wereldlijke aangelegenheden ondergeschikt maken aan zijn nieuwe verhouding. In het openbaar heeft hij getuigd niet langer te willen leven in hovaardij en zelfverheerlijking. Hij leidt niet langer een zorgeloos, onverschillig leven. Hij heeft een verbond met God gesloten. Hij is der wereld gestorven. Hij moet nu zijn leven de Here geven om al de hem toevertrouwde talenten voor Hem te gebruiken, en nooit het besef verliezen dat hij Gods handtekening draagt, dat hij een onderdaan is van Christus' Koninkrijk, en de Goddelijke natuur deelachtig is geworden. Hij moet aan God overgeven alles wat hij is en alles wat hij heeft, en al zijn gaven gebruiken tof heerlijkheid van Zijn Naam.

De verplichtingen aangegaan in de geestelijke overeenkomst, zijn wederkerig. Wanneer menselijke wezens hun deel doen met algehele gehoorzaamheid, hebben ze het recht te bidden: "Laat hef bekend zijn. Here, dat Gij God in Israël zijt." Het feit dat u gedoopt is in de Naam des Vaders, des Zoons en des Heiligen Geestes, houdf de verzekering in dat, wanneer u een beroep doet op Hun hulp, deze machten u in elke nood zullen bijstaan. De Here zal de gebeden van Zijn oprechte volge-lingen, die Christus' juk dragen en in Zijn school zachtmoedigheid en nederigheid leren, horen en verhoren.

"Indien gij dan met Christus opgewekt zijt, zo zoekt de dingen die boven zijn, waar Christus is, zittende aan de rechterhand Gods. Bedenkt de dingen die boven zijn, niet die op de aarde zijn. Want gij zijt gestorven, en uw leven is met Christus verborgen in God." Colossenzen 3 : 1--3.

"Zo doet dan aan, als uitverkorenen Gods, heiligen en beminden, de innerlijke bewegingen der barmhartigheid, goedertierenheid, ootmoedigheid, zachtmoedigheid, lankmoedigheid; verdragende elkander en vergevende de een de ander, zo iemand tegen iemand enige klacht heeft; gelijkerwijs als Christus u vergeven heeft, doet ook gij alzo. En boven dit alles, doet aan de liefde, welke is de band der volmaaktheid. En de vrede Gods heerse in uw harten, tot welke gij ook geroepen zijt in één lichaam; en weest dankbaar.... En al wat gij doet met woorden of met werken, doet het alles in de Naam des Heren Jezus, dankende God en de Vader door Hem." Verzen 12--17.