Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 2

Hoofdstuk 78

Wederopbloei van de Colportagearbeid

[ AUDIO ]

De belangrijkheid van de colportagearbeid is mij steeds voor ogen gehouden. Dit werk is in de laatste tijd niet zo krachtig ter hand genomen als in het verleden gedaan werd door personen die zich bijzonder daarop toelegden. Colporteurs zijn uit hun evangeliserende arbeid gehaald om ander werk te gaan verrichten. Dit is niet zoals het behoort. Velen van onze colporteurs, zo ze inderdaad bekeerd en met hart en ziel toegewijd zijn, kunnen op dit gebied meer bereiken dan op welk ander ook om de waarheid voor deze tijd tot de mensen te brengen.

Wij hebben het Woord van God om te laten zien dat het einde nabij is. De wereld moet gewaarschuwd worden, en als nooit te voren moeten wij Christus' medearbeiders zijn. Dat werk om de mensen te waarschuwen is ons toevertrouwd. Wij moeten voor de wereld kanalen 1900, Vol. 6, blz. 329--540 des lichts zijn en anderen in het licht dat wij van de grote Lichtdrager ontvangen hebben, laten delen. De woorden en werken van alle mensen moeten beproefd worden. We mogen nu niet achteruitgaan. Wat gedaan moet worden om de wereld te waarschuwen, moet zonder uitstel gedaan worden. Men mag niet toestaan dat de colportagearbeid verloopt. Wij moeten er voor zorgen dat de boeken die het licht werpen op de tegenwoordige waarheid, zoveel mogelijk onder de mensen komen.

OPLEIDING VAN COLPORTEURS

De voorzitters van onze verenigingen en anderen in verantwoordelijke posities hebben wat dit betreft een taak te doen, opdat aan de verschillende onderdelen van ons werk evenveel aandacht geschonken wordt. Colporteurs moeten geschoold en opgeleid worden om de boeken met de tegenwoordige waarheid, die de mensen nodig hebben, te verkopen. Er bestaat behoefte aan mannen mét een diepe Christelijke ervaring, mannen met een gezond verstand, ‘goed geschoolde mannen om dit werk te doen. De Here ziet uit naar hen die de colportagearbeid aanpakken, die bekwaam zijn om anderen op te leiden en in veelbelovende jonge mannen en vrouwen belangstelling voor dit werk kunnen wekken, zodat deze met succes de boekenverkoop ter hand kunnen nemen. Sommigen hebben het talent, de scholing en ervaring die hen in staat stellen de jeugd zodanig voor de colportage op te leiden dat veel meer dan tot nu toe bereikt zou worden.

Die in dit werk ervaring hebben opgedaan, staan onder een bepaalde plicht om anderen te onderrichten. Leidt jonge mannen en vrouwen op, en nogmaals, leidt ze op om de boeken te verkopen die de Here door Zijn Heilige Geest Zijn dienstknechten heeft doen schrijven. God verlangt van ons dat we trouw zijn in het onderwijs van hen die de waarheid aannemen, opdat ze doel-bewust mogen geloven en verstandig werken in de weg des Heren. Laten onervaren personen meegaan met ervaren arbeiders, om zó hef werk te leren. Laten ze vooral God ernstig zoeken. Dezulken kunnen in de colportage een goed werk doen wanneer ze gehoorzaam zijn aan de woorden: "Heb acht op uzelf en op de leer." 1 Timotheüs 4:16. Die blijk geven dat ze waarachtig bekeerd zijn en die de colportagearbeid aanpakken, zullen zien dat dit de beste voorbereiding voor andere takken van zendingsarbeid is.

Wanneer zij die de waarheid kennen, die in praktijk zouden brengen, zouden methoden ontworpen worden om, waar zij zijn, met de mensen in aanraking te komen. Het was de voorzienigheid Gods die in de aanvang van de Christelijke Gemeente de heiligen wijd en zijd verstrooide door hen uit Jeruzalem te zenden naar de verschillende delen der wereld. De discipelen van Christus bleven niet in Jeruzalem of in de omliggende steden, maar trokken langs de grote karavaanwegen buiten de grenzen van hun eigen land om de verlorenen te zoeken en die tot God terug te brengen. Heden wil de Here Zijn werk zien vooruit gaan in vele plaasten. Wij moeten onze arbeid niet beperken tot enkele gebieden.

Wij moeten onze broeders niet ontmoedigen en hun handen verslappen, zodat het werk dat God door hen wil doen, niet gedaan wordt. Laat men niet teveel tijd besteden aan de opleiding van mannen voor het zendingswerk. Onderricht is noodzakelijk, maar laten allen bedenken dat Christus de Grote Leraar en de Bron van alle ware wijsheid is.

Laten jong en oud zichzelf aan God wijden, het werk aanpakken, en voorwaarts gaan en in alle ootmoed arbeiden onder de leiding van de Heilige Geest. Laten zij die de school hebben doorlopen, het terrein ingaan om van de kennis die zij hebben verworven, nuttig gebruik te maken. Wanneer colporteurs dit zullen doen en de hun door God gegeven bekwaamheid gebruiken, terwijl ze bij Hem te rade gaan en de verkoop van boeken verbinden met persoonlijke arbeid voor zielen, zullen door de praktijk hun talenten toenemen en zullen zij heel wat nuttige lessen leren die ze op school niet konden leren. De scholing, verkregen op deze prakti sche wijze, zou men terecht hoger onderwijs kunnen noemen.

GEEN VERHEVENER ARBEID

Er is geen verhevener arbeid dan die van onze colporteurs, want daarin ligt opgesloten hef doen van de hoogste zedelijke plichten. Die zich in dit werk begeven, moeten altijd onder de leiding van de Geest Gods staan. Daar moet van zelfverheerlijking geen sprake zijn. Waf bezitten wij eigenlijk, dat wij niet van Christus ontvingen? Wij moeten liefhebben als broeders en onze liefde aan de dag leggen door elkander te helpen. Wij moeten meelevend en beleefd zijn. Wij moeten ons aaneensluiten en de banden die ons binden, steeds nauwer aanhalen. Alleen zij die het gebed van Christus uitleven, die dat in hef leven in praktijk brengen, zullen de beproeving doorstaan die over de gehele wereld zal komen. Die het eigen-ik verheerlijken, stellen zich onder Satans macht en maken zich klaar om het slachtoffer van zijn misleidingen te worden. Hef woord des Heren tot Zijn volk zegt dat wij de banier hoger en steeds hoger moeten verheffen. Zo we Zijn stem gehoorzamen, zal Hij met ons werken en onze pogingen zullen dan met succes worden bekroond. In ons werk zullen wij van boven rijke zegeningen ontvangen en zullen naast de troon van God schatten vergaderen.

Zouden we weten wat ons te wachten staat, dan zouden we in het werk des Heren niet zo traag zijn. Wij leven in de tijd der zifting, in de tijd dat alles wat geschud kan worden, geschud zal worden. De Here zal hen die de waarheid kennen, niet verontschuldigen zo zij niet in woord en daad Zijn geboden gehoorzamen. Zo wij ons niet inspannen om zielen voor Christus te winnen, zullen we verantwoordelijk gesteld worden voor het werk dat we gedaan hadden kunnen hebben, maar dat niet deden vanwege onze geestelijke traagheid. Die deel uitmaken van het Koninkrijk des Heren, moeten ijverig werken om zielen te redden. Zij moeten hun deel doen om de getuigenis toe te binden en de wet onder de leerlingen te verzegelen.

Het is de bedoeling des Heren dat het licht dat Hij op de Schriften heeft doen vallen, heldere, glanzende stralen zal uitzenden; en het is de taak van onze colporteurs eensgezind te werken opdat Gods doel zal vervuld worden. Vóór ons ligt een groot en belangrijk werk. De vijand der zielen is zich dat bewust en hij gebruikt elk middel dat in zijn macht ligt om de colporteur er toe te brengen dat deze zich in een andere tak van het werk begeeft. In dit beloop der dingen moet verandering komen.

God roept de colporteurs terug tot hun werk. Hij roept vrijwilligers op om al hun verstand en krachten aan het werk te geven en te helpen waar de kans zich voordoet. De Meester doet een beroep op een ieder om het deel te doen dat hem gegeven is overeenkomstig zijn bekwaamheid. Wie zal op die roep ingaan? Wie zal uitgaan om in wijsheid en genade en de liefde van Christus te werken voor hen die nabij en veraf zijn? Wie wil alle gemak en genoegen opofferen om te gaan in de plaatsen van dwaling, bijgeloof en duisternis, door ijverig en volhardend te werken, de waarheid te verkondigen in eenvoud, in het geloof te bidden en van huis tot huis te arbeiden? Wie wil in deze tijd buiten de legerplaats gaan, aangedaan met de kracht van de Heilige Geest en gelaakt wordend om Christus' wil, terwijl hij de Schriften voor de mensen opent en hen tot inkeer roept?

In elke eeuw heeft God Zijn arbeiders. De roep van het uur wordt beantwoord door de komst van de mens. Wanneer dus de Goddelijke stem roept: "Wie zal Ik zenden? en wie zal voor Ons henengaan?" zal het antwoodt komen: "Hier ben ik, zend mij henen." Jesaja 6 : 8. Laten allen die met hart en ziel in het colportageterrein werken, in hun harten voelen dat zij het werk des Heren doen in het dienen van zielen die de waarheid voor deze tijd niet kennen. Zij doen de waarschuwingsbazuin schallen langs wegen en heggen om een volk voor te bereiden op de grote dag des Heren, die weldra voor de wereld zal aanbreken.

Wij hebben geen tijd te verliezen. Wie wil met onze geschriften uitgaan? De Here maakt elke man en vrouw die wil samenwerken met de Goddelijke kracht, voor het werk geschikt. Al wat vereist wordt, talent, moed, volharding, geloof en tact, zullen ze ontvangen wanneer ze de wapenrusting aandoen. Een groot werk moet in onze wereld gedaan worden en menselijke instrumenten zullen zeker op de roepstem ingaan. De wereld moet de waar-schuwing horen. Wanneer de roep komt: "Wie zal Ik zenden, wie zal voor Ons henengaan?" antwoord dan klaar en duidelijk: "Hier ben ik; zend mij henen."

KEUZE DER COLPORTEURS

Sommigen zijn beter geschikt dan anderen om een bepaald werk te doen; daarom is het niet juist, te denken dat iedereen colporteur kan worden. Sommigen hebben geen bijzondere geschiktheid voor dit werk; maar ze moeten daarom niet beschouwd worden als mensen zonder geloof of als onwilligen. De Here is in Zijn eisen niet onredelijk. De Gemeente is gelijk een tuin met al zijn veelsoortige bloemen, elke bloem met zijn eigen bijzonderheden. Hoewel in vele opzichten allen verscheiden zijn, heeft een elk toch zijn eigen waarde.

God verwacht niet dat met hun verschillende geaardheden een ieder van Zijn volk geschikt gemaakt kan worden voor elke plaats. Laten allen bedenken dat er verschillende vertrouwensposten zijn. Het ligt niet op de weg van een mens om een ander zijn taak voor te schrijven welke deze naar zijn eigen mening niet kan vervullen. Het is goed om raad te geven en plannen aan de hand te doen, maar een ieder moet vrij gelaten worden zich te laten leiden door God, Wiens eigendom hij is en Die hij dient.

EEN OPLEIDING VOOR HET PREDIKAMBT

Sommige mannen die God riep voor het predikambt, zijn in de colportage gegaan. Ik ben onderricht dat dit een uitstekende leerschool is, indien het hun bedoeling is licht te verspreiden, de waarheden van Gods Woord rechtstreeks in de gezinnen te brengen. Tijdens het gesprek zal vaak de weg worden geopend om hun aandacht te vestigen op de godsdienst van de Bijbel. Wordt het werk gedaan zoals het moet, dan zal men in aan-raking komen' met gezinnen, de arbeiders zullen een Christelijke tederheid en liefde voor zielen openbaren, en goede dingen zullen daarvan hef gevolg zijn. Dat zal een uitstekende ervaring zijn voor een ieder die voor predikant wil leren.

Voor hen die zich voorbereiden op het predikambt is er geen betere werkgelegenheid die hun zoveel ervaring zal geven als de colportagearbeid.

VERDRUKKINGEN VERDRAGEN

Die in zijn werk met beproevingen en verzoekingen te kampen heeft, moet profijt trekken van deze ervaringen en leren zich meer op God te verlaten. Hij zal elk ogenblik zijn afhankelijkheid gevoelen.

Geen klacht zal in zijn hart gekoesterd worden of van zijn lippen komen. Wanneer hij succes heeft, moet dat geen aanleiding zijn tot zelfverheerlijking, want zijn Succes moet toegeschreven worden aan de inwerking van Gods engelen op hef hart. En laat hij bedenken dat zowel in de tijd der bemoediging als in de tijd der ontmoediging de hemelse boodschappers altijd aan zijn zijde gaan. Hij moet de goedheid des Heren erkennen en Hem blijmoedig lofprijzen.

Christus deed afstand van Zijn heerlijkheid en kwam naar deze aarde om te lijden voor zondaars. Wanneer we in ons werk met moeilijkheden te kampen hebben, laat ons dan zien op Hem Die de overste Leidsman en Voleinder van ons geloof is. Dan zullen we niet falen noch ontmoedigd worden. Wij zullen als goede soldaten van Christus verdrukkingen verdragen. Herinnert u wat Hij zegt van alle ware gelovigen: "Wij zijn Gods medearbeiders; Gods akkerwerk, Gods gebouw zijt gij." 1 Corinthiërs 3 : 9.

EEN KOSTELIJKE ERVARING

Die met de colportagearbeid begint zoals het behoort, moet zowel leraar als leerling zijn. Terwijl hij probeert anderen te onderwijzen, moet hijzelf leren het werk van een evangelist te doen. Wanneer colporteurs het terrein ingaan met nederige harten, vol lust om het werk te doen, zullen ze tal van gelegenheden krijgen om een woord ter rechter tijd te spreken met zielen die in hun ontmoediging ten onder dreigen te gaan. Na voor deze ongelukkigen gewerkt te hebben, zullen ze kunnen zeggen: "Gij waart eertijds duisternis, maar nu zijt gij licht in de Here." Efeziërs 5 : 8. Wanneer zij de zondige levensweg van anderen zien, kunnen ze Zeggen: "Dit waart gij sommigen; maar gij zijt afgewassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd in de Naam van de Here Jezus en door de Geest onzes Gods." 1 Corinthiërs 6:11.

Die voor God werken, zullen met ontmoediging te kampen hebben, maar altijd kunnen ze zeker zijn van de belofte: "Zie Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld". Mattheüs 28 : 20. God zal een allerwonderlijkste ervaring geven aan hen die zullen zeggen: "Ik geloof Uw belofte; ik zal niet falen noch ontmoedigd worden."

VERSLAG UITBRENGEN

Laten zij die in het werk des Heren zo'n ervaring opdoen, daarvan verslag uitbrengen in onze tijdschriften, opdat anderen daardoor bemoedigd worden. Laat de colporteur vertellen van de vreugde en de zegen die hij in zijn dienst als evangelist ontvangen heeft. Deze verslagen moeten opgenomen worden in onze tijdschriften, want daarvan gaat een verreikende invloed uit. Die zullen in de gemeente zijn als een welriekend reukwerk, een reuk des levens ten leven. Zo zal het zichtbaar worden dat God werkt met hen die Zijn medearbeiders zijn.

VOORBEELD IN GEZONDHEIDSHERVORMING

Slaat in uw omgang met ongelovigen niet toe, dat u afwijkt van de juiste beginselen. Wanneer u aan hun tafel zit, eet dan matig en alleen dat voedsel daf het verstand niet nadelig beïnvloedt. Hoedt u voor onmatigheid. U kunt niet toestaan dat uw verstandelijke of lichamelijke krachten worden verzwakt, anders wordt u onbekwaam om geestelijke dingen te onderscheiden. Houdt uw verstand in zo'n toestand dat God daarin de kostbare waarheden van Zijn Woord kan griffen.

Zo zal van u een invloed op anderen uitgaan. Velen trachten het leven van anderen te verbeteren door wat zij zien als verkeerde gewoonten, aan te vallen. Zij gaan tot degenen die naar hun mening dwalen en wijzen op gebreken, maar doen geen ijverige, beleidvolle poging om het verstand te richten op ware beginselen. Zo'n handelwijze verkrijgt doorgaans niet de gewenste resultaten. In ons pogen anderen te verbeteren, wekken wij maar al te vaak hun strijdlust op en zo doen we meer kwaad dan goed. Let niet op anderen om de vinger te leggen op hun fouten of dwalingen. Leert door voorbeeld. Laat uw zelfverloochening en uw overwinning over de begeerte een beeld zijn van gehoorzaamheid aan juiste beginselen. Laat uw leven een getuigenis zijn van de heiligende, veredelende invloed van de waarheid.

Van al de gaven die God aan de mensen heeft gegeven, is er geen kostbaarder dan de gave des woords. Indien geheiligd door de Heilige Geest, is dat een gave ten goede. Want door de tong overtuigen en overreden wij; daarmee bidden wij en loven God; en daarmee brengen wij de rijke gedachten van de liefde des Ver-lossers tot uiting. Door een juist gebruik van de gave des woords kan de colporteur het kostelijke zaad der waarheid in vele harten zaaien.

ONKREUKBAARHEID IN HET ZAKELIJKE

Het werk is tot stilstand gekomen omdat beginselen des Evangelies niet gehoorzaamd zijn door hen die beweren navolgers van Christus te zijn. De halfslachtige manier waarop sommige colporteurs, oudere zowel als jongere, hun werk hebben gedaan, laat zien dat zij nog belangrijke lessen hebben te leren. Veel werk dat op goed geluk af is gedaan, is onder mijn aandacht gekomen. Sommigen hebben gebrekkige gewoonten aan-genomen en die gebrekkigheid is overgebracht in het werk van God. De boekenhuizen zijn diep in de schuld gekomen, omdat colporteurs hun schuld niet betaalden. Colporteurs dachten dat zij slecht behandeld werden zo van hen een prompte betaling werd geëist voor de boeken welke zij ontvingen van de uitgeverijen. Nochtans is de eis van prompte betaling de enige weg om het zakelijke op een gezonde basis te houden.

De zaken moeten zó worden geregeld dat colporteurs voldoende hebben om van te leven zonder hun crediet te overschrijden. Deze deur der verzoeking moet gesloten en gegrendeld worden. Evenwel hoe eerlijk een colporteur mag zijn, zo zullen in zijn werk zich omstandigheden voordoen die voor hem een pijnlijke verzoeking zullen zijn.

Luiheid en traagheid zijn geen vruchten die groeien aan de christelijke boom. Geen ziel kan zich ophouden met uitvluchten of oneerlijkheid in het beheer van ‘s Heren goederen, en onschuldig staan voor God. Allen die dit doen, verloochenen daardoor Christus. Terwijl zij belijden Gods wet te houden en te onderwijzen, falen zij in het handhaven van haar beginselen.

Met getrouwheid moet met ‘s Heren goederen worden omgegaan. De Here heeft de mensen bekleed met leven en gezondheid en redelijke krachten, Hij heeft hun lichamelijke en verstandelijke kracht gegeven om te beoefenen; en moeten deze gaven dan niet trouw en ijverig gebruikt worden tot heerlijkheid van Zijn Naam? Hebben onze broeders er wel aan gedacht dat zij rekenschap moeten afleggen van al de talenten die zij ontvangen hebben? Hebben zij verstandig gehandeld met de goederen huns Heren of hebben ze Zijn bezit op roekeloze wijze er door gebracht, en staan ze in de hemel opgetekend als ontrouwe dienstknechten? Velen spenderen hef geld huns Heren aan zogenaamd losbandig genoegen; zij doen geen ervaring op in zelfverloochening, maar besteden geld aan ijdele dingen en falen om het kruis van Christus te dragen. Velen aan wie God kostelijke kansen heeft geboden, hebben hun leven verknoeid, en verkeren nu in gebrek en ellende.

God verlangt dat een zeer besliste verbetering in de verschillende onderdelen van het werk wordt aangebracht. Het zakelijke dat verricht wordt in verband met het werk Gods moet gekenmerkt worden door groter stiptheid en nauwkeurigheid. Men heeft zich niet krachtig genoeg ingespannen om de noodzakelijke hervorming door te voeren.

IJVER

Colporteurs moeten het boek dat zij verkopen, door en door kennen en in staat zijn om de aandacht fe richten op de belangrijke hoofdstukken.

De colporteur moet traktaatjes, brochures en kleine boekjes bij zich hebben om te geven aan mensen die niet kunnen kopen. Op die manier kan de waarheid in tal van huizen gebracht worden.

Wanneer de colporteur met zijn taak begint, moet hij zich niet laten afleiden, maar zich verstandig en ijverig bij zijn werk bepalen. En toch zal hij in de colportage de kansen niet verzuimen om zielen te helpen die naar licht zoeken en de vertroosting der Schriften nodig hebben. Wanneer de colporteur met God wandelt, wanneer hij bidt om hemelse wijsheid ten einde in zijn werk hef goede en enkel het goede fe doen, zal hij vaardig worden om zijn kansen en de noden der zielen met wie hij in aanraking konmt, te onderscheiden. Hij zal zich elke gelegenheid om zielen tot Christus te brengen, ten nutte maken. In de geest van Christus zal hij altijd bereid zijn een woord te spreken tot de vermoeide.

Door met alle ijver te colporteren, door in alle getrouwheid de mensen te wijzen op het kruis van Christus, verdubbelt de colporteur zijn zo nuttige krachten. Maar terwijl wij verschillende arbeidsmethoden bieden, kunnen we toch geen vaste lijn trekken waarlangs het werk moet gebeuren, want tal van gevallen worden bepaald door de omstandigheden. God wil werken aan diegenen wier harten openstaan voor de waarheid en die verlangen naar leiding. Hij zal tot Zijn menselijk werktuig zeggen: "Spreek tot deze of tot die over de liefde van Jezus." Nauwelijks is de Naam. van Jezus in alle tederheid en liefde genoemd, of engelen Gods snellen toe om het hart week en onderworpen te maken.

De colporteurs moeten ook goede leerlingen zijn, door steeds te leren hoe ze succes in hun werk kunnen hebben, en zo bezig zijnde moeten ze hun ogen en oren en verstand openhouden óm wijsheid van God te ontvangen, opdat ze hen die door gebrek aan de kennis van Christus het verderf tegemoet gaan, kunnen helpen. Laat iedere werker zijn energie en zijn krachten instellen op de meest verheven arbeid om mensen te trekken uit de strikken van Satan en ze te binden aan God, om dan door de verdiensten van Jezus Christus deze band vast te maken aan de troon die omstraald is door de regenboog der belofte.

ZEKERHEID VAN SUCCES

Een groot en goed werk kan gedaan worden door de evangeliserende colporteurs. De Here heeft mannen tact en talenten geschonken. Die de hun toevertrouwde talenten gebruiken tot Zijn heerlijkheid, terwijl ze in het web Bijbelse beginselen weven, zullen succes hebben. We moeten werken en bidden en ons vertrouwen stellen op Hem Die nooit zal falen.

Laten colporterende evangelisten hun harten open stellen om door de Heilige Geest bewerkt te worden. Laten zij onder volhardend gebed beslag leggen op de kracht die van God komt, en in een levend geloof op Hem vertrouwen. Zijn grote, krachtdadige macht staat elke trouwe, gelovige arbeider ter beschikking.

De nederige, harde werker die gehoorzaam de roepstem Gods beantwoordt, kan er zeker van zijn dat hij Goddelijker hulp ontvangt. Reeds het aanvaarden van een zo grote en heilige verantwoordelijkheid werkt al veredelend op het karakter. Dat brengt de hoogste verstandelijke eigenschappen in werking, en hun voortdurende werkzaamheid versterkt en loutert verstand en hart. De invloed op iemands eigen leven alsook op het leven van anderen is niet te berekenen.

Oppervlakkige toeschouwers zullen uw werk niet waarderen, noch de belangrijkheid daarvan inzien. Zij zullen dat zien als iets dat enkel verlies oplevert, een leven vol ondankbare arbeid en zelfopoffering. Maar de dienstknecht van Christus beziet het in het licht, schijnende van het kruis. Zijn opofferingen schijnen klein vergeleken bij die van de gezegende Meester en hij verheugt zich dat hij in Zijn voetstappen kan treden. Het succes van zijn arbeid verschaft hem de reinste vreugde en is de rijkste beloning voor een zwoegend, lijdzaam gedragen leven.