Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 3

Hoofdstuk 5

Onze Houding Tegenover de Burgerlijke Machthebbers

[ AUDIO ]

1900, Vol. 6, blz. 394--397

Door sommigen van onze broeders zijn vele dingen gesproken en geschreven die gezien worden als een bestrijding van regering en wet. Het is een fout dat we op deze wijze aanleiding geven tot een verkeerd begrip. Het is niet verstandig om aanhoudend critiek uit te oefenen op hetgeen de regering doet. Het is niet onze taak personen of instellingen aan te vallen. We moeten oppassen, anders gaat men van ons denken dat we oppositie voeren tegen de burgerlijke autoriteiten. Het is waar dat onze strijd ten aanval is gericht, maar onze wapenen moeten gevonden worden in een duidelijk "Zo zegt de Here".

Ons werk is een volk voor te bereiden dat staan zal in de grote dag van God. Wij moeten ons niet op zijwegen begeven, wat strijd veroorzaakt of tegenstand opwekt bij hen die niet van ons geloof zijn.

Wij moeten niet werken op een wijze waarvan men zou kunnen zeggen dat we verraad voorstaan. Wij moeten uit onze geschriften en uitingen elke uitdrukking verwijderen die, op zichzelf genomen, als vijandig tegen wet en orde beschouwd zou kunnen worden. Alles moet nauwlettend worden nagegaan, anders krijgen we de naam dat we ontrouw tegenover ons land en zijn wetten aanmoedigen. Van ons wordt niet gevraagd dat we de autoriteiten wantrouwen. Er zal een tijd komen, wanneer, als gevolg van onze verdediging van Bijbelse waarheid, wij als verraders zullen behandeld worden; maar laat die tijd niet verhaast worden door ondoordachte bewegingen die haatdragendheid en strijd verwekken.

De tijd zal komen, dat ondoordachte uitdrukkingen van een veroordelend karakter, die door onze broeders zorgeloos zijn neergeschreven of gesproken, door onze vijanden gebruikt zullen worden om ons te veroordelen. Dezen zullen niet worden gebruikt om enkel diegenen te veroordelen die deze uitdrukkingen bezigden, maar zullen op de gehele beweging der Adventisten neerkomen. Onze beschuldigers zullen aanvoeren dat op die en die dag een van onze verantwoordelijke mannen dit of dat gezegd heeft tegen de uitoefening van de wetten dezer regering. Velen zullen verbaasd staan wanneer ze zien hoe men tal van dingen onthouden heeft, die aan de argumenten van onze tegenstanders kracht zullen verlenen. Velen zullen zich verwonderen hun eigen woorden te horen, waaraan een betekenis wordt toegekend die ze helemaal niet hebben bedoeld. Laten dus onze arbeiders ten allen tijde en onder alle omstandigheden nauwkeurig op hun woorden letten. Laten allen waakzaam zijn, opdat ze niet door roekeloze uitdrukkingen een tijd der benauwdheid brengen nog vóór de grote crisis, die de zielen der mensen zal beproeven, gekomen is.

Hoe minder wij directe beschuldigingen tegen de autoriteiten en machten inbrengen, des te groter zal het werk zijn dat wij kunnen doen zowel in Amerika als in vreemde landen. Vreemde volkeren zullen het voorbeeld van de Verenigde Staten navolgen. Hoewel de Verenigde Staten de leiding hebben, zal toch de zelfde crisis over geheel ons volk in alle delen der wereld komen.

Het is onze taak de wet van God groot te maken en te verheerlijken. De waarheid van Gods heilig Woord moet alom bekend gemaakt worden. Wij moeten de Schriften laten zien als de richtlijn van hef leven. In alle ootmoed, in de geest der genade, en in de liefde Gods moeten we de mensen wijzen op het feit dat de Here God de Schepper is van hemel en aarde, en dat de zevende dag de Sabbat des Heren is.

In de Naam des Heren moeten wij voorwaarts gaan om Zijn banier te ontvouwen en Zijn Woord te verkondigen. Wanneer de autoriteiten ons bevelen dit werk te staken; wanneer zij ons verbieden de geboden Gods en het geloof van Jezus uit te dragen, dan zal het nodig zijn evenals de apostelen te zeggen: "Oordeelt gij of het recht is voor God, ulieden meer te horen dan God. Want wij kunnen niet laten te spreken hetgeen wij gezien en gehoord hebben." Handelingen 4:19, 20.

De waarheid moet gebracht worden in de kracht van de Heilige Geest. Dit alleen kan aan onze woorden kracht verlenen. Alleen door de kracht van de Heilige Geest zal de overwinning behaald en bevestigd worden. Hef menselijke werktuig moet gedreven worden door de Geest van God. De arbeiders moeten door de kracht van God bewaard worden door het geloof tot zaligheid. Zij moeten Goddelijke wijsheid bezitten, opdat niets zal gezegd worden dat de mensen ertoe zal brengen de weg voor ons te sluiten. Door de inscherping van geestelijke waarheid moeten wij een volk voorbereiden dat in alle ootmoed en vrees in staat zal zijn voor de hoogste autoriteiten in onze wereld een reden voor hun geloof te geven.

Wij moeten de waarheid brengen in al haar eenvoud, en praktische Godsvrucht voorstaan; en wij moeten dat doen in de geest van Christus. Het aan de dag leggen van zo'n geest zal op onze eigen ziel de beste invloed uitoefenen en van overtuigende kracht zijn voor anderen. Stel de Here in de gelegenheid te werken door Zijn eigen instrumenten. Verbeeld u niet dat het u mogelijk zal zijn plannen voor de toekomst uit te stippelen; erken dat God ten allen tijde en onder alle omstandigheden aan het roer staat. Hij zal werken door middelen die juist geschikt zijn en zal Zijn eigen volk bewaren, vermeerderen en opbouwen.

MET GEHEILIGDE IJVER

De werktuigen des Heren moeten een geheiligde ijver bezitten, een ijver die geheel en al onder Zijn beheer staat. Stormachtige tijden zullen gauw genoeg over ons komen en wij moeten geen eigen koers volgen waardoor deze zullen worden verhaast. Beproevingen zullen komen van een aard die allen, die Hem en Hem alleen willen toebehoren, tof God zal drijven. Wanneer we niet getoetst en beproefd worden in de vurige oven der ver-drukking, dan bezitten we geen zelfkennis en past het ons niet de karakters van anderen een maatstaf aan te leggen en diegenen te veroordelen die het licht van de derde-engel-boodschap nog niet ontvangen hebben.

Wanneer we mensen willen overtuigen dat de waarheid die wij geloven de ziel heiligt en het karakter verandert, laten we dan niet aanhoudend heftige beschuldigingen tegen hen uiten. Zodoende zullen wij hun de gevolgtrekking opdringen dat de leerstelling die wij belijden geen Christelijke leerstelling kan zijn, omdat die ons niet vriendelijk, hoffelijk en achtenswaard maakt. Christendom wordt niet geopenbaard in strijdlustige be-schuldigingen en veroordelingen.

Velen van onze mensen lopen gevaar een heersende macht over anderen te gaan uitoefenen en hun medemensen te onderdrukken. Er bestaat gevaar dat zij, die verantwoordelijkheid dragen, slechts één macht zullen erkennen, namelijk de macht van een ongeheiligde wil. Zonder enige bedenking hebben sommigen die macht uitgeoefend en hebben daarmede grote verwarring gebracht onder hen die de Here gebruikt. Een van de grootste vloeken in onze wereld (en dat ziet men overal in de gemeenten en in de maatschappij) is de zucht om fe willen overheersen. Mensen laten zich geheel in beslag nemen door hun streven zich macht en populariteit te verschaffen. Deze geest heeft zich tot onze smart en schande ook geopenbaard in de rijen van Sabbatvier- ders. Maar geestelijk succes verkrijgen alleen zij die in de school van Christus zachtmoedigheid en ootmoed hebben geleerd.

Wij moeten bedenken dat de wereld ons zal beoordelen naar wat we schijnen te zijn. Laten zij die Christus willen vertegenwoordigen er goed op letten, dat zij geen tegenstrijdige karaktertrekken aan de dag leggen. Alvorens we geheel in de frontlinie komen, moeten we er op toezien dat de Heilige Geest van bovenaf op ons is neergekomen. Wanneer dit het geval is zullen we een omlijnde boodschap brengen, maar die zal toch niet van zo'n veroordelend karakter zijn, als door sommigen is gebracht; en allen die geloven zullen meer oprechtheid en ijver aan de dag leggen ten aanzien van de zaligheid onzer tegenstanders. Wat de veroordeling van machthebbers en regeringen betreft, moeten we dat geheel aan God Zelf overlaten. Laten we in ootmoed en liefde als trouwe wachters de beginselen der waarheid, zoals die in Jezus is, verdedigen.

Zachtmoedigheid is een kostelijke deugd, bereid om in stilte te lijden, bereid om beproevingen te verdragen. Zachtmoedigheid is lijdzaam en tracht onder alle om standigheden gelukkig fe zijn. Zachtmoedigheid is altijd dankbaar en maakt haar eigen liederen des geluks, waarvan de melodie weerklinkt in het hart van God. Zachtmoedigheid zal teleurstelling en boosheid verdragen en zal niet naar vergelding streven. Zachtmoedigheid bezitten, wil niet zeggen dat men dan zwijgt en mokt. Een nors, gemelijk humeur is precies het tegenovergestelde van zachtmoedigheid; want dit alleen wondt en pijnigt anderen en vindt geen blijdschap in zichzelf. 1873, Vol. 3, blz. 335.

Ik zag dat het in elk opzicht onze plicht is de wetten van ons land te gehoorzamen, tenzij deze in conflict komen met de hogere wet die God met luide stem verkondigd heeft van de Sinaï, en daarna met Zijn eigen vinger op steen heeft gegrift. "Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven, en Ik zal hun tof een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn." Die Gods wet in het hart heeft, zal God eerder gehoorzamen dan mensen, en zal eerder ongehoorzaam zijn aan alle mensen dan ook maar iets af te wijken van Gods gebod. Gods volk, onderricht door de inspiratie der waarheid en geleid door een goed geweten om te leven bij elk woord Gods, zal Zijn wet, geschreven in hun harten, aanvaarden als het enige gezag dat zij kunnen erkennen of gehoorzaamheid kunnen bewijzen. De wijsheid en het gezag van de Goddelijke wet zijn boven alles verheven. 1863, Vol. 1, blz. 361.