Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 3

Hoofdstuk 36

De Belofte des Geestes

[ AUDIO ]

God vraagt ons niet, het werk dat voor ons ligt, in eigen kracht te doen. Hij heeft in goddelijke bijstand voorzien in al de moeilijkheden waarvoor onze menselijke hulpbronnen niet toereikend zijn. Hij geeft de Heilige Geest om te helpen in elke moeilijkheid, om onze hoop en zekerheid te versterken, ons verstand te verlichten en onze harten te louteren.

Juist voor Zijn kruisiging zei de Heiland tot Zijn discipelen: "lk zal u geen wezen laten." "Ik zal de Vader bidden, en Hij zal u een andere Trooster geven, opdat Hij bij u blijve in der eeuwigheid." "Wanneer Die zal gekomen zijn, namelijk de Geest der waarheid, Hij zal u in al de waarheid leiden. Want Hij zal van Zichzelf niet spreken, maar zo wat Hij zal gehoord hebben, zal Hij spreken en de toekomstige dingen zal Hij u verkondigen." "Die zal u alles leren en zal u indachtig maken alles wat Ik u gezegd heb." Johannes 14:18, 16; 16:13; 14 :26.

Christus heeft voorzieningen getroffen dat Zijn gemeente een veranderd lichaam zou zijn, verlicht door het licht des hemels en in het bezit van de heerlijkheid van Immanuel. Het is Zijn bedoeling dat iedere Christen omgeven zal zijn door een geestelijke atmosfeer van licht en vrede. Er zijn geen grenzen aan de bruikbaarheid van 1904, Vol. 8, blz. 19--23 (De kracht beloofd) degene die, het eigen-ik verzakende, plaats maakt voor de werking van de Heilige Geest op zijn hart en een leven leeft dat geheel aan God gewijd is.

Wat was het resultaat van de uitstorting des Geestes op de Pinksterdag? De blijde boodschap van een verrezen Heiland werd naar de verste delen van de bewoonde wereld gebracht. De harten der discipelen werden overladen met welwillendheid, zo vol, zo diep, zo verreikend, dat zij daardoor gedwongen werden te gaan naar de einden der aarde, met het getuigenis: "Het zij verre van mij dat ik zou roemen, anders dan in het kruis van onze Here Jezus Christus." Galatiërs 6:14. Wanneer zij de waarheid zoals die in Jezus is, verkondigden, onderwierpen de harten zich aan de kracht van de boodschap. Van alle kanten zag de gemeente bekeerden op zich toekomen. Die lauw geworden waren, werden opnieuw bekeerd. Zondaars verenigden zich met Christus in het zoeken naar de parel van grote waarde. Zij die de bitterste tegenstandes van het Evangelie geweest waren, werden zijn voorvechters. De profetie ging in vervulling: De zwakke zal zijn "als David", en hef huis van David "als de engel des Heren". Elke Christen zag in zijn broeder de goddelijke overeenkomst wat betreft liefde en goed-gunstigheid. Eén gemeenschappelijk belang overheerste. Eén gedachte waarvoor een heilige wedijver bestond, overheerste al de andere. Het enige streven van de gelovigen was het karakter van Christus te openbaren en te werken voor de uitbreiding van Zijn Koninkrijk.

"De apostelen gaven met grote kracht getuigenis van de opstanding des Heren Jezus; en er was grote genade over hen allen." Handelingen 4:33. Door hun arbeid werden aan de gemeente toegevoegd uitverkoren mannen die, nadat zij het woord des levens hadden aangenomen, hun leven wijdden aan de taak anderen de hoop te geven die hun harten gevuld had met vrede en blijdschap. Honderden verkondigden de boodschap: "Het Koninkrijk Gods is nabij." Zij lieten zich door dreiging niet weerhouden noch intimideren. De Here sprak door hen; en waar zij maar gingen, daar werden de zieken genezen en werd aan de armen het Evangelie verkondigd.

Zo machtig kan God werken wanneer mensen zich door Zijn Geest laten leiden.

Zoals aan de eerste discipelen, komt ons heden de belofte des Geestes toe. Heden wil God mannen en vrouwen begiftigen met kracht uit de hoogte, zoals Hij hen begiftigde die op de Pinksterdag het Woord der zaligheid hoorden. Op ditzelfde uur staan Zijn Geest en Zijn genade ter beschikking van allen die ze nodig hebben en Hem op Zijn Woord aannemen.

VOLMAAKTE EENHEID IN DE EERSTE PLAATS

Let wel op dat pas nadat de discipelen tot een volmaakte eenheid waren gekomen en zij niet langer twistten om de hoogste plaats, de Geest werd uitgestort. Zij waren één van zin. Alle geschillen waren uit de weg geruimd. En nadat de Geest was gegeven, was het getuigenis dat zij gaven, eensluidend. Dienaangaande zegt het Woord: "De menigte van degenen die geloofden, was één van hart en ziel." Handelingen 4 : 32. De Geest van Hem Die stierf opdat zondaars zouden leven, be-zielde de gehele vergadering der gelovigen.

De discipelen vroegen niet om een zegen voor zichzelf. Zij voelden zich verantwoordelijk voor zielen. Het Evangelie moest gebracht worden naar de einden der aarde en zij maakten aanspraak op het ontvangen van de kracht die Christus had beloofd. Het was toen, dat de Heilige Geest werd uitgestort en dat duizenden bekeerd werden op één dag.

Zo kan het ook nu gaan. Laten Christenen alle tweedracht wegdoen en zichzelf aan God geven om te redden die verloren zijn. Laten ze in het geloof om de beloofde Zegen vragen en die zal dan ook komen. De uitstorting van de Geest in de dagen der apostelen was "de vroege regen" en heerlijk waren de gevolgen. Maar de spade regen zal overvloediger zijn. Hoe luidt de belofte voor hen die leven in het laatste der dagen? "Keert gijlieden weder tot de sterkte, gij gebondenen die daar hoopt; ook heden verkondig Ik dat ik u dubbel zal wedergeven." "Begeert van de Here regen ten tijde van de spade regen; de Here maakt de weerlichten; en Hij zal hun regen genoeg geven voor ieder kruid op het veld." Zacharia 9:12; 10:1.

ZELFS TOT HET EINDE

Christus heeft gezegd dat de goddelijke invloed van de Geest tof aan het einde met Zijn volgelingen zou zijn. Maar de belofte is niet zo op prijs gesteld als wel moest; en daaróm wordt de vervulling daarvan niet gezien zoals dat wel kon. De belofte des Geestes is een aangelegenheid waarover maar weinig is nagedacht, en het resultaat goddelijke kracht die nodig is voor de groei en de bloei van de gemeente en die alle andere zegeningen achter zich aan zou meevoeren, ontbreekt, hoewel die kracht in overvloed wordt aangeboden.

Juist de afwezigheid van de Geest maakt de evangelie- arbeid zo krachteloos. Men kan in het bezit zijn van ge-leerdheid, talent, welsprekendheid, elke aangeboren of verkregen gave; maar zonder de tegenwoordigheid van de Geest Gods, zal geen hart beroerd, geen zondaar voor Christus gewonnen worden. Zijn anderzijds deze talenten met Christus verbonden, zijn de gaven des Geestes hun bezit, dan zal de armste en onwetendste van Zijn discipelen een kracht bezitten die tot de harten zal spreken. God maakt hen tof kanalen, waardoor de grootste invloed in het heelal zal worden uitgeoefend.

Waarom hongeren en dorsten wij niet naar de gave des Geestes, daar dit toch het middel is waardoor wij kracht moeten ontvangen? Waarom spreken wij daarover niet, bidden daarom niet en prediken wij niet aangaande dat onderwerp? De Here is meer bereid ons de Heilige Geest te geven dan ouders bereid zijn om hun kinderen goede gaven te geven. Elke arbeider moet God smeken om door de Geest gedoopt te worden. Groepen moeten bijeenkomen om te bidden om bijzondere hulp, om hemelse wijsheid, opdat ze weten hoe plannen gemaakt en verstandig uitgevoerd moeten worden. Vooral moet gebeden worden of God Zijn zendelingen met de Heilige Geest wil dopen.

De aanwezigheid van de Geest bij Gods arbeiders zal aan de verkondiging van de waarheid een kracht verlenen, waartoe al de grootheid of de heerlijkheid van de wereld niet in staat zou zijn. De Geest verschaft de kracht die aan strijdende, worstelende zielen in elke moeilijkheid, hetzij door de onvriendelijkheid van familie de haat der wereld, of hef zich bewust zijn van hun persoonlijke onvolmaaktheden en gebreken, hulp verleent.

IJver voor God dreef de discipelen om met een geweldige kracht van de waarheid te getuigen. Moest deze ijver niet onze harten doen ontvlammen om vastberaden de boodschap van de verlossende liefde, van Christus en Die gekruisigd, uit te dragen? Moet ook de Geest van God niet heden komen, in antwoord op ernstig, volhardend gebed om mannen met kracht te bezielen voor de arbeid? Waarom is de gemeente dan zo zwak en zo zonder bezieling?

Het is het voorrecht van elke Christen, niet alleen om uit te zien naar de komst van onze Here Jezus Christus, maar ook om die te verhaasten. Hoe vlug zou de gehele wereld bezaaid zijn met het zaad van het Evangelie, wanneer allen die Zijn Naam belijden, vrucht zouden voortbrengen tot Zijn heerlijkheid. Dan zou de laatste oogst vlug rijp zijn en zou Christus komen om het kostelijke graan in te zamelen.

Mijn broeders en zusters, bidt om de Heilige Geest. God staat garant voor elke belofte die Hij heeft gedaan. Met een Bijbel in de hand moet u zeggen: "Ik heb gedaan wat Gij hebt gezegd. Ik pleit op Uw belofte. Bidt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en u zal opengedaan worden." Christus verklaart: "Alle dingen die gij biddende begeert, gelooft dat gij ze ontvangen zult, en zij zullen u geworden." "Zo wat gij begeren zult in Mijn Naam, dat zal Ik doen, opdat de Vader in de Zoon verheerlijkt worde." Mattheüs 7:7; Marcus 11 :24; Johannes 14:13.

De regenboog rondom de troon is een verzekering dat God waarachtig is; dat in Hem geen verandering, noch schaduw van omkering is. Wij hebben tegen Hem gezondigd en verdienen Zijn goedgunstigheden niet; en toch heeft Hij onszelf in de mond gelegd die wonder- baarlijkste van alle beden: "Versmaad ons niet, om Uws Naams wil; werp de troon Uwer heerlijkheid niet neder; gedenk, vernietig niet Uw verbond met ons." Jeremia 14:21. Hij heeft plechtig beloofd acht te slaan op ons roepen wanneer we tot Hem komen om onze onwaardigheid en zonde te belijden. De heerlijkheid van Zijn troon staat borg dat Hij Zijn Woord aan ons zal vervullen.

Christus zendt Zijn boodschappers naar elk deel van Zijn gebied om Zijn wil aan Zijn dienstknechten te openbaren. Hij wandelt in hef midden van Zijn gemeenten. Het is Zijn wens om Zijn volgelingen te heiligen, te verheffen, te veredelen. De invloed van hen die in Hem geloven, zal in de wereld een reuk des levens ten leven zijn. Christus houdt de sterren in Zijn rechterhand en het is Zijn opzet Zijn licht door hen in de wereld te laten schijnen. Zo wil Hij Zijn volk voorbereiden op die nog verhevener dienst in de gemeente hierboven. Hij heeft ons een groot werk opgedragen. Laten we dat volbrengen in alle getrouwheid. Laten we in ons leven tonen waf goddelijke genade voor de mensheid kan doen.

Wanneer de Heilige Geest het verstand van onze ge-meenteleden beheerst, zal geconstateerd worden dat waf betreft het spreken, het dienen, het geestelijke leven in de gemeente een veel hoger peil wordt bereikt dan nu wordt gezien. De gemeenteleden zullen verkwikt worden door het water des levens, en de arbeiders, werkende onder één Hoofd -- en dat is Christus -- zullen hun Meester in de geest, in het woord en in de daad openbaren, en zullen elkander bemoedigen steeds voorwaarts te gaan in het grote afsluitingswerk, waarmede wij bezig zijn. Er zal een gezonde groei zijn in eenheid en liefde, die voor de wereld zal getuigen dat God Zijn Zoon gezonden heeft om te sterven voor de verlossing van zondaars. De Goddelijke waarheid zal verheerlijkt worden; en wanneer ze schijnt als een brandende lamp, zullen we de waarheid steeds beter en steeds duidelijker verstaan. -- 1904, vol. 8, blz. 211.

Mij werd getoond dat wanneer Gods volk zich van zijn kant niet inspant, maar wacht of de verkoeling op hen komt om hun verkeerdheden weg te nemen en hun gebreken te herstellen; wanneer zij er op vertrouwen dat de verkoeling hen wel zal reinigen van de bezoedeling van het vlees en van de geest en hen wel zal klaarmaken om deel te nemen in de luide roep van de derde engel, zij te licht bevonden zullen worden. De verkoeling van Gods kracht komt alleen op diegenen die zich daarop hebben voorbereid door het werk te doen dat God hun heeft opgedragen, namelijk zichzelf te reinigen van alle bezoedeling van het vlees en van de geest, en tot volmaakte heiligheid in de vreze Gods te komen. -- 1867, vol, 1, blz. 619.

Deze werking van de Geest Gods ontheft ons niet van de noodzaak om onze vermogens en talenten te gebruiken, maar leert ons hoe elke kracht gebruikt moet worden ter ere Gods. De menselijke gaven, staande onder bijzondere leiding van de genade Gods, kunnen gebruikt worden voor het hoogste doel op aarde en zullen in het toekomstige, onsterfelijke leven nog verder geoefend worden. -- 1879, vol, 4, blz. 372.

Waarom is de geschiedenis van het werk der discipelen, toen zij werkten met een heilige ijver, bezield en gestaald door de Heilige Geest, bewaard gebleven, indien niet Gods volk van heden door dit verslag bezield moest worden om met alle ijver voor Hem te werken? Wat de Here voor Zijn volk deed in die tijd, is even nodig, ja zelfs meer nodig voor Zijn volk van heden. Al wat de apostelen deden, moet elk gemeentelid heden ten dage doen. En naarmate de toeneming der boosheid een krachtige oproep tot berouw eist, moeten wij werken met meer ijver en de kracht van de Heilige Geest bezitten in een veel groter mate. -- 1902, vol. 7, blz. 33.