Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 3

Hoofdstuk 37

Het Werk in Eigen Land en Daarbuiten

[ AUDIO ]

"Zegt gijlieden niet: Het zijn nog vier maanden en dan komt de oogst? Zie, Ik zeg u, heft uw ogen op en aanschouwt de landen, want zij zijn alrede wit om te oogsten. En die maait, ontvangt loon, en vergadert vrucht ten eeuwigen leven, opdat zich tezamen verblijde beide die zaait en die maait. Want hierin is die spreuk waarachtig: Een ander is het die zaait en een ander die maait." Johannes 4 : 35--37.

Nadat de landman het zaad heeft gezaaid, moet hij maanden wachten voor het ontkiemt en graan voortbrengt om geoogst te worden. Maar tijdens het zaaien wordt hij bemoedigd door de verwachting van de vrucht in de toekomst. Zijn arbeid wordt vergemakkelijkt door de hoop op een rijke opbrengst ten tijde van de oogst.

Maar daf was niet het geval met het zaad der waarheid dat Christus zaaide in het hart van de Samaritaanse vrouw tijdens Zijn gesprek met haar bij de bron. De oogst van Zijn gezaaid zaad lag niet in de toekomst maar geschiedde onmiddellijk. Nauwelijks had Hij Zijn woorden ge sproken of hef zaad ontkiemde en bracht vrucht voort, waardoor haar geest werd verlicht en zij kon weten dat zij gesproken had met de Here Jezus Christus. Zij liet de stralen van het goddelijke licht in haar hart schijnen. Haar waterkruik vergat ze te vullen en ze snelde weg om het goede nieuws aan haar Samaritaanse broeders te vertellen. "Komt", zei ze, "ziet een mens die mij gezegd heeft alles wat ik gedaan heb." Vers 29. En direct gingen ze uit om Hem te zien. Het was bij die gelegenheid dat Hij de zielen der Samaritanen vergeleek met een graanakker. "Heft uw ogen op en aanschouwt de landen, want zij zijn alrede wit om te oogsten."

"Toen dan de Samaritanen tot Hem gekomen waren, baden zij Hem dat Hij bij hen bleef; en Hij bleef aldaar twee dagen." En wat waren dat drukke dagen! Hoe staat het verdere verloop vermeld? "En er geloofden er veel meer om Zijn woord, en zeiden tot de vrouw: Wij geloven niet meer om uw zeggen, want wijzelf hebben Hem gehoord en weten dat Deze waarlijk is de Christus, de Zaligmaker der wereld." Verzen 40--42.

Christus, Die het hart van de Samaritanen opende voor het Woord des levens, zaaide heel wat zaad der waarheid en liet de mensen zien hoe ook zij zaad der waarheid konden strooien in het hart van anderen. Hoeveel goeds zou er bereikt kunnen worden wanneer allen die de waarheid kenden, zouden arbeiden voor zondaars, voor hen die zo nodig de Bijbelse waarheid moeten kennen en verstaan, en die daarop even gretig zouden ingaan als de Samaritanen op de woorden van Christus! Hoe lauw staan wij tegenover God op het punt dat als het ware de sterkste gemeenschapsband moest zijn tussen ons en Hem -- medelijden voor ongelukkige, schuldige, lijdende zielen die dood zijn in misdaden en zonden! Als de mensen medelijden zouden voelen zoals Christus het voelt, dan zou er droefheid in hun harten zijn over de toestand van vele behoeftige velden, verstoken van arbeiders.

DE GROTE STEDEN

Het werk in vreemde landen moet met vlijt en verstand worden voortgestuwd. En het werk in eigen land mag in geen enkel opzicht verwaarloosd worden. Laten we de velden die in de schaduw onzer deuren liggen, zoals de grote steden in ons land, niet veronachtzamen en verwaarlozen. Deze velden zijn even belangrijk als welk buitenlands werk ook.

Gods bemoedigende boodschap der genade moet in de steden van Amerika worden verkondigd. Mannen en vrouwen die in deze steden wonen, raken steeds meer verstrikt in hun zakelijke bezigheden. Ze zijn druk bezig met het neerzetten van gebouwen waarvan de torens tot aan de hemelen reiken. Ze denken alleen aan grote bouwprojecten en eerzuchtige plannen. Tot een ieder die in Zijn dienst staat, zegt God: "Roep uit de keel, houd niet in, verhef uw stem als een bazuin en verkondig aan Mijn volk hun overtredingen en aan het huis Jacobs hun zonden." Jesaja 58 :1.

Laten we God dankbaar zijn dat er tenminste enkele arbeiders zijn die hun uiterste best doen om in onze verwaarloosde steden voor God enige gedenktekens op te richten. Laten we bedenken dat het onze plicht is deze arbeiders te bemoedigen. Het mishaagt God dat onze trouwe arbeiders in onze grote steden door Zijn volk in ons eigen land niet worden gewaardeerd en geholpen. Het werk in eigen land is juist nu een vitaal probleem. Deze tijd biedt de gunstigste kans die we zullen hebben om in deze velden te werken. Binnen korte tijd zal de toestand veel moeilijker zijn.

Jezus weende over Jeruzalem vanwege de schuld en de hardnekkigheid van Zijn uitverkoren volk. Hij weent ook over de hardheid des harten bij hen die, terwijl ze belijden Zijn medearbeiders te zijn, fevreden zijn in hun nietsdoen. Voelen zij, die in samenwerking met Christus de waarde van zielen moesten waarderen, voor de goddeloze steden der aarde een drukkende last en aanhoudende smart, vermengd met tranen? De verwoesting van deze steden, die zich bijna geheel aan de afgodendienst hebben overgegeven, is op handen. Welke rekenschap kan worden gegeven op de grote dag der uiteindelijke afrekening voor het verwaarlozen van deze steden in deze tijd?

Terwijl we onder hef werk in Amerika onze schouders zetten, moge dan de Here ons ook helpen om aan andere landen de aandacht te schenken die ze nodig hebben, opdat de arbeiders daar zich niet aan handen en voeten gebonden voelen, niet in staat om in tal van plaatsen gedenktekens voor God op te richten. Laten we wel oppassen aan dit land niet te veel voordelen te schenken. Laten we niet doorgaan met het verwaarlozen van onze plicht tegenover de miljoenen in andere landen. Laten we een beter begrip van de toestand krijgen en de fouten van het verleden herstellen.

NU IS HET TIJD TE WERKEN

Mijn broeders en zusters in Amerika, het is mogelijk dat gij wanneer gij uw ogen opheft en de verre velden, reeds wit om te oogsten, aanschouwt, gij in uw hart de overvloedige genade Gods zult ontvangen. Gij die door ongeloof in geestelijke armoede verkeert, zult door persoonlijke arbeid rijk worden in goede werken. Gij zult niet langer uw zielen gebrek laten lijden te midden van overvloed. Wanneer u gaat beseffen hoe de arbeiders die het werk in buitenlandse ve|den moeten volbrengen, verstoken zijn van middelen, zult u doen wat u kunt om te helpen en dat zal een wederopleving brengen in uw ziel, uw geestelijke begeerte zal gezond worden, en uw verstand zal verkwikt worden met het Woord van God, dat een blad is van de boom des levens tot genezing der volken.

In antwoord op de door de Here gestelde vraag: "Wie zal Ik zenden?" zeide Jesaja: "Zie hier ben ik, zend mij henen." Jesaja 6:8. U, mijn broeder, mijn zuster, bent misschien niet in staat zelf in de wijngaard des Heren te gaan, maar u kunt de middelen verschaffen om anderen te zenden. Op deze wijze zult u uw geld kunnen plaatsen bij de bankiers, en wanneer de Meester komt, zult u Hem Zijn persoonlijk bezit met de rente kunnen teruggeven. Uw geld kan gebruikt worden om de boodschappers Gods uit te zenden en te onderhouden en die kunnen dan door het gesproken woord en door hun invloed de boodschap brengen: "Bereidt de weg des Heren, maakt Zijn paden recht." Mattheüs 3 : 3. Plannen zijn gelegd voor de bevordering van het werk, en nu is het uw tijd om te werken.

Wanneer u met zelfverloochening arbeidt, en doet wat u kunt om het werk in nieuwe velden voortgang te doen vinden, zal de Here u helpen, versterken en zegenen. Vertrouw in de verzekering van Zijn tegenwoordigheid die u zal schragen en die licht en leven is. Doe alles uit liefde voor Jezus en voor de kostbare zielen, voor wie Hij gestorven is. Werk uit een zuiver Goddelijk ingesteld oogmerk om God te verheerlijken. De Here ziet en begrijpt en ondanks uw zwakheid wil Hij u gebruiken, indien gij uw talent als een gewijde gave schenkt aan Zijn dienst; want in een actief, belangeloos dienen wordt de zwakke sterk en kan zich verheugen in Zijn welbehagen. De vreugde des Heren is een element van kracht. Wanneer u getrouw bent, zal de vrede die alle verstand te boven gaat, uw beloning zijn in dit leven, en in het toekomstige leven zult u ingaan in de vreugde uws Heren.

Wij hebben geen tijd om ons bezig te houden met zaken die van geen belang zijn. Onze tijd moet besteed worden aan het verkondigen van de laatste genadebood- schap aan een schuldige wereld. Mannen zijn nodig die hun werk doen onder de inspiratie van Gods Geest. De preken uit de mond van onze perdikanten zullen bezie- lender moeten zijn dan tot nu toe, want anders zullen vele afvalligen een kleurloze, vage boodschap laten horen die de mensen in slaap sust. Elke prediking moet gehouden worden met het besef van de verschrikkelijke oordelen die weldra over de wereld zullen komen. De boodschap der waarheid moet verkondigd worden door lippen, aangeraakt met een vurige kool van het Goddelijke altaar.

Het wordt mij angstig te moede wanneer ik denk aan de kleurloze boodschappen uit de mond van sommigen onzer predikers, terwijl ze een boodschap moeten brengen die gaat over leven en dood. De predikers slapen: de leden slapen; en een wereld ligt verloren in de zonde. Moge God Zijn volk helpen, dat ze zich opmaken en wandelen en werken als mannen en vrouwen die reeds staan aan de grenzen van de eeuwige wereld. Plotseling zal Christus komen met kracht en grote heerlijkheid. Dan zal er geen tijd meer zijn zich voor te bereiden om Hem te ontmoeten. Heden is het voor ons de tijd om de waarschuwingsboodschap te brengen.

Ons wachtwoord moet zijn: Voorwaarts, steeds voorwaarts. De engelen Gods zullen ons voorgaan om de weg te bereiden. Onze taak voor "het land aan gene zijde" kan nooit neergelegd worden voordat de gehele aarde verlicht zal zijn met de heerlijkheid des Heren. --1906, Vol. 6, blz. 29.