Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 3

Hoofdstuk 44

De Waarde van Gods Woord

[ AUDIO ]

Wanneer dwalingen onze rijen binnensluipen, dan moeten we ons daarover niet in een strijd laten betrekken. In alle getrouwheid moeten we de berispende boodschap brengen, en dan leiden we de geest der mensen af van hersenschimmige, onjuiste ideeën, en tonen de waarheid in tegenstelling met de dwaling. Het naar voren brengen van hemelse onderwerpen zal het verstand openen voor beginselen die rusten op een fundament zo bestendig als de eeuwigheid.

De gelovigen wier Christelijke overtuigingen blijvend en standvastig zijn, en die een vast karakter hebben, zijn voor de Meester van heel veel waarde in Zijn dienst. Niets kan hen aftrekken van het geloof. De waarheid is voor hen een kostbare schat.

Gods waarheid wordt gevonden in Zijn Woord. Zij, die menen dat zij de tegenwoordige waarheid elders moeten zoeken, moeten zich opnieuw bekeren. Zij moeten verkeerde gewoonten afleggen, boze wegen verlaten. Zij moeten opnieuw de waarheid zoals die is in Jezus, gaan zoeken, opdat hun karaktervorming zich zal voltrekken in harmonie met de lessen van Christus. Wanneer zij hun menselijke ideeën loslaten en ziende op Christus de hun door God gegeven plichten aanvaarden, terwijl ze veranderd worden naar Zijn beeld, zullen ze zeggen: "Nader mijn God, tot U, nader tot U."

Met het Woord van God in onze hand kunnen we, stap voor stap, in een toegewijde liefde Jezus steeds dichter benaderen. Wanneer men beter bekend wordt met de Geest van God, zal men de Bijbel aannemen als het enige fundament des geloots. Gods volk zal het Woord ontvangen als de bladeren van de boom des levens, kostbaarder dan fijn goud, gelouterd in het vuur, en krachtiger tot heiligmaking dan welk ander middel ook. 1904, Vol. 8, blz. 192--194

BELONING VAN TROUWE STUDIE

Christus en Zijn Woord zijn in volmaakte harmonie. Wanneer ze beiden worden aangenomen, openen ze een veilige weg voor de voeten van allen die bereid zijn in het licht te wandelen zoals Christus in het licht is. Als het volk Gods Zijn Woord zou waarderen, dan zouden we een hemel in de gemeente hier op aarde hebben. Christenen zouden begerig en hongerig zijn naar het onderzoek van het Woord. Met graagte zouden ze de tijd nemen om tekst met tekst te vergelijken en zich te verdiepen in het Woord. Zij zouden meer verlangen naar het licht van het Woord dan naar het ochtendblad, of naar tijdschriften en romans. Het zou hun grootste verlangen zijn het vlees te eten en het bloed te drinken van Gods Zoon. En als gevolg daarvan zou hun leven in overeenstemming met de beginselen en beloften van het Woord worden gebracht. Het onderricht daaruit zou voor hen zijn als de bladeren van de boom des levens. Het zou in hen zijn een fontein, des waters, opspringende tot in het eeuwige leven. Genade zou als een verfrissende regen de ziel verkwikken en doen opleven, zodat men alle moeiten en zorgen zou vergeten. Ze zouden bemoedigd en versterkt worden door de woorden der inspiratie.

Predikanten zouden bezield worden met een goddelijk geloof. Hun gebeden zouden zich kenmerken door oprechtheid, vervuld van de goddelijke zekerheid der waarheid. In het zonlicht des hemels zou alle vermoeidheid vergeten worden. De waarheid zou zich verweven met hun leven, en haar hemelse beginselen zouden zijn als een verkwikkende, vlietende stroom, een aanhoudende bevrediging voor de ziel.

De wijsbegeerte des Heren is de richtlijn voor het leven van de Christen. Het gehele wezen is doortrokken van de leven-gevende beginselen des hemels. Al die onbenulligheden die bij zovelen de tijd in beslag nemen, zullen door een gezonde, heiligende Bijbelse godsvrucht teruggebracht worden tot hun juiste proporties.

De Bijbel, en de Bijbel alleen, kan dit goede resultaat teweegbrengen. Dit Boek is de wijsheid Gods en de kracht Gods, en het werkt in het ontvankelijke hart met alle kracht. O, welke hoogten zouden wij bereiken, wanneer we onze wil in overeenstemming met de wil van God zouden brengen! Wat wij nodig hebben, is de kracht Gods, waar we ook zijn. De wuftheid die de gemeente belaagt, maakt haar zwak en onverschillig. De Vader, de Zoon, en de Heilige Geest zoeken verlangend naar kanalen waardoor de goddelijke beginselen der waarheid aan de wereld kunnen gebracht worden.

Hier en daar kan bedriegelijk licht verschijnen, waarvan beweerd wordt dat het van de hemel komt, maar dat kan niet schijnen zoals de ster der heiligheid, de ster met de hemelse glans, om de voeten van de pelgrim en van de vreemdeling te leiden naar de stad Gods. Valse lichten zullen de plaats van het ware innemen, en tal van zielen zullen daardoor voor een tijd worden misleid. God verhoede dat dit met ons het geval zal zijn. Het ware licht schijnt nu, en zal de zielen verlichten, wier vensteren hemelwaarts geopend zijn.